Onderzoek naar dood baby’s Hoorn
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft onderzoek ingesteld naar het overlijden van vier baby’s in het Westfriesgasthuis in Hoorn.
Ook al zijn de uitkomsten van het onderzoek nog niet bekend, toch heeft de inspectie in augustus bij het ziekenhuis „ingrijpende maatregelen” doorgevoerd, aldus een woordvoerder vanmorgen. Dat was volgens hem nodig vanwege een „onveilige situatie” op de afdeling verloskunde.De inspectie werd eind juni door het openbaar ministerie op de hoogte gebracht van het overlijden van een baby in mei. De ouders hadden aangifte gedaan nadat hun dochtertje twee dagen na de bevalling overleed. Volgens hen is de behandelend arts „dood door schuld” te verwijten.
Begin augustus meldde het ziekenhuis zelf het overlijden van een tweede baby. Daarop heeft de inspectie onmiddellijk maatregelen getroffen, aldus de woordvoerder. De acht gynaecologen krijgen begeleiding van een arts van het Universitair Medisch Centrum in Utrecht. Hij moet ervoor zorgen dat de communicatie wordt verbeterd.
Bij de inspectie zijn de afgelopen dagen nog twee meldingen binnengekomen van ouders van wie een baby in het Westfriesgasthuis overleed. De ene melding betreft een sterfgeval in januari van dit jaar. „Wij zijn bezig alle informatie daarover te verzamelen”, aldus woordvoerster M. Boot van het ziekenhuis. De andere melding gaat over het overlijden van een baby in 2006. „Dat is destijds niet aan de inspectie gemeld omdat eigen onderzoek uitwees dat er geen sprake was van verwijtbaar handelen.”
Vrijdagmorgen werd ook bekend dat de vader van een in 2005 overleden baby aangifte heeft gedaan tegen het Universitair Medisch Centrum St Radboud (UMC) in Nijmegen. De man deed donderdag aangifte van dood door schuld. De vader ontving naar eigen zeggen een excuusbrief van het UMC. Daarin geeft het ziekenhuis toe dat er ernstige, vermijdbare fouten zijn gemaakt.
Het Westfriesgasthuis in Hoorn maakte donderdag een rapport openbaar van de Utrechtse gynaecoloog prof. dr. G. Visser naar het overlijden van een baby in mei. Het ziekenhuis, waar jaarlijks 1200 baby’s ter wereld komen, gaf daartoe zelf opdracht.
In het rapport staat dat er een woordenwisseling plaatsvond tussen de gynaecoloog en de verloskundige over de bevalling. Dat leidde ertoe dat de verloskundige de arts te laat inschakelde toen zich complicaties bij de vrouw voordeden. Visser kwalificeert het conflict als „zeer ernstig.”
De baby werd hersendood geboren en stierf twee dagen later. De ouders, woonachtig in Hoorn, deden kort daarna aangifte. „Ze hebben het er heel moeilijk mee”, aldus een familielid.
Woordvoerster Boot van het ziekenhuis spreekt over „tragische gebeurtenissen.” Volgens haar moet het onderzoek van de inspectie uitwijzen of er sprake is van een pijnlijk incident of van structurele problemen waardoor veiligheidsrisico’s op de afdeling zijn ontstaan.