Het lied viel in de smaak bij de prinses. „Een absolute nummer 1–hit", zei ze. Na afloop van de treinreis, die van Den Haag Holland Spoor via Breda, Den Bosch en Arnhem naar station Driebergen–Zeist leidde, sprak Laurentien haar waardering uit voor het initiatief van de door haar opgerichte Stichting Lezen en Schrijven. „Was het maar elke dag Wereldalfabetiseringsdag".In Breda, waar de prinses opstapte, werd ze direct al geconfronteerd met emotionele verhalen van volwassenen die zelf laaggeletterd zijn of waren. „Ze vertelden hun levensverhaal ten overstaan van allemaal camera’s. Ga er maar aan staan. Maar we hebben juist deze voorbeelden nodig om anderen aan te sporen, door te laten zien ’je bent niet de enige, doe er iets aan’".

In de trein zaten zowel volwassenen als jongeren en kinderen. De aandacht voor laaggeletterdheid moet er volgens de prinses al bij kinderen zijn, juist om te voorkomen dat ze een taalachterstand oplopen. De jongste passagiers kregen dan ook een workshop van kinderboekenschrijver Hans Hagen en schrijfster Karin Giphart. Ze mochten hierbij op de ramen van de trein schrijven, maakten gedichten en moesten iets over zichzelf voordragen. In een andere coupé maakten volwassenen een lied met tekstdichter Coot van Doesburgh en brainstormden communicatiedeskundigen over een nieuwe campagne over laaggeletterdheid.

De staatssecretarissen van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Dijksma en Van Bijsterveldt gaven de aftrap voor de treinreis en gingen ook een stukje mee. Dijksma benadrukte nogmaals het belang van leren lezen en schrijven voor jonge kinderen. Volgens haar moet er op de peuterspeelzalen en in kinderdagverblijven al aandacht voor taal zijn. Haar collega Van Bijsterveldt liet weten dat anderhalf miljoen laaggeletterden in Nederland veel te veel is. „We steken er daarom vanaf 1 januari 50 miljoen extra in om ervoor te zorgen dat we de kraan dichtdraaien in plaats van blijven dweilen. Taal opent namelijk je wereld”.