Haamstedeconferentie Elspeet trekt 150 deelnemers
„Calvijn voelde zich zijn leven lang een vreemdeling in Genève. Hij bleef gevoelens van heimwee naar zijn vaderland houden”, aldus prof. dr. A. Baars. „Het is niet verwonderlijk dat de notie van vreemdelingschap in zijn theologie wezenlijk is.”
De hoogleraar aan de Theologische Universiteit Apeldoorn sprak maandag op de eerste dag van de Haamstedeconferentie in Elspeet. Aan deze driedaagse bijeenkomst nemen predikanten, evangelisten en godsdienstdocenten deel. Voor de bijeenkomst hebben zich ongeveer 150 mensen aangemeld. De conferentie, begonnen in Haamstede in 1985, wordt voor de 25e keer gehouden.Prof. Baars sprak over Calvijn als vluchteling en vreemdeling. De reformator van Genève bleef zich een Fransman voelen. „Ballingschap is ellendiger dan slavernij”, schreef hij. Genève stroomde vol met Franse protestantse vluchtelingen, voor wie Calvijn het opnam. Zelf vluchteling geweest, vond Calvijn gastvrijheid van groot belang. Daardoor kwam hij regelmatig in botsing met een deel van de autochtone bevolking, die zich door de komst van de vele migranten bedreigd voelde. Maar Calvijn vond dat belangeloze gastvrijheid God ter harte gaat. De hervormer zei dat we zo’n gastvrijheid aan vreemdelingen moeten betonen alsof ze onze bloedverwanten zijn.
De theocratisch denkende Calvijn zou, vermoedt prof. Baars, zeker bezwaar gemaakt hebben tegen de islamisering en secularisering van Europa. Maar „hij zou zich niet gemakkelijk gevoeld hebben bij de uitdrukkingen van Geert Wilders ten opzichte van vreemdelingen. Hij zou oog gehad hebben voor asielzoekers.”
Ds. J. Westerink uit Urk, emeritus predikant van de Christelijke Gereformeerde Kerken, sprak over Ananias, die in Damascus naar Saulus ging. Ananias verwonderde zich over de genade die aan Saulus bewezen werd. Paulus wist uit ervaring wat genade voor een zondaar is, aldus ds. Westerink.
Dr. P. Korteweg, hersteld hervormd predikant te Oud-Beijerland, sprak over ”dopers denken in onze dagen”. Hij noemde dingen waarin het doperse denken zichtbaar wordt: het kiezen voor de geloofsdoop, het streven naar volmaaktheid en de onderschatting van de menselijke natuur van Christus.
De predikant zei dat ook in reformatorische kringen het doperse denken ingang vindt, onder meer op het gebied van de levensheiliging. Sommigen weten zich zo geleid door de Heilige Geest dat ze helemaal geen oog voor de levensheiliging hebben, zei hij. Anderen zijn juist perfectionistisch en menen dat ze volmaakt kunnen worden. „De aanwezigheid van de zonde wordt wel erkend, maar wordt gezien als een fout of een gebrek. Deze christenen van het ”overwinningsleven” voelen zich steeds een beetje heiliger worden.”
Dr. Korteweg kan daarin niet meegaan: „Een christen wordt nooit een volmaakt mens die niet meer zondigt, hoe graag hij het ook zou willen.”
’s Avonds sprak ds. P.C. Hoek, hersteld hervormd predikant te Hoevelaken, over de schepping en de Schepper. Hij zei dat de erkenning van de schepping geen conclusie van het verstand maar een belijdenis van het geloof is. „We moeten niet zoeken naar handvatten in de Bijbel om met ons verstand de theorie af te maken, die vervolgens op gespannen voet staat met de Bijbel.”
Hij vindt dat christenen niet te veel onder de indruk moeten zijn door alles wat de wetenschap voorstelt over evolutie. „Paulus was dat op de Areopagus ook niet. Hij had liever een deuk in zijn wetenschappelijk aanzien dan een smet op de Naam van zijn Meester.”
<File v-if="article['files'] && article['files'][0]" :file="article['files'][0]" /><File v-if="article['files'] && article['files'][1]" :file="article['files'][1]" /><File v-if="article['files'] && article['files'][2]" :file="article['files'][2]" /><File v-if="article['files'] && article['files'][3]" :file="article['files'][3]" />