Spaarloon op spaarrekening overgeboekt
De meeste mensen storten hun vrijgekomen spaarloon en premiespaargeld opnieuw op een spaarrekening. Dat meldde het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) vrijdag.
Het instituut baseert zich op 1365 reacties half januari op de websites van het Nibud, het Algemeen Dagblad en RTL Nieuws. Bij veel werknemers is in januari een veel groter bedrag aan spaarloon vrijgekomen dan voorgaande jaren. Dat komt doordat het kabinet de belastingvriendelijke regeling heeft ingeperkt. Totaal gaat het om enkele miljarden euro’s.
Ongeveer 55 procent van degenen die een bedrag ontvangen, zet het geheel of gedeeltelijk op een spaarrekening; 16 procent gebruikt het om schulden te verminderen en 3 procent gebruikt het voor het vervroegd aflossen van de hypotheek.
Verder besteedt 16 procent het geld geheel of gedeeltelijk voor specifieke aankopen (vakantie, meubels, verbouwing), 5 procent aan het gewone huishouden, 5 procent doet er iets anders mee (zoals beleggen) en 8 procent weet het nog niet. Het totale percentage is meer dan 100, omdat mensen het bedrag aan verscheidene doelen besteden.
Van de ondervraagden vindt 80 procent dat de spaarregelingen niet zouden moeten worden afgeschaft. Ze vinden de regelingen wel een gemakkelijke manier van sparen. Mensen denken straks niet meer te sparen omdat ze niet de discipline kunnen opbrengen om zelf maandelijks geld opzij te zetten. Een andere reden is dat het financieel niet meer haalbaar is om hetzelfde bedrag te sparen. Bijna 40 procent denkt niet meer te sparen als deze regelingen verdwijnen.
Het Nibud vreest dat juist lagere inkomens geen geld meer opzij zullen zetten, omdat zij daarvoor te weinig geld overhouden. Het instituut is, samen met de spaarders, een groot voorstander van handhaving van de fiscale spaarregelingen.
Het verdwijnen van de fiscale spaarregelingen valt pakt ongunstig uit voor degenen die ze hebben gekoppeld aan een koopsompolis. Dit geldt voor 16 procent van de ondervraagden. Deze groep meende wat extra’s voor de oudedagsvoorziening geregeld te hebben. Zij zijn bang dat ze straks de koopsom niet meer kunnen opbrengen, ook al omdat deze niet meer zonder meer aftrekbaar is.