Dat heeft de broer van de vermoorde politicus, Marten Fortuyn, Donderdagmorgen gezegd. Advocate mr. B. Böhler van Volkert van der G. ontkent dit.

De advocaat van de familie Fortuyn kreeg het verzoek doorgespeeld via het openbaar ministerie. „Voorlopig hebben we er geen behoefte aan”, zegt Marten Fortuyn. „Er wordt nog over overlegd.” De advocaten van Van der G. willen volgens Fortuyn bij het gesprek aanwezig zijn. „Daar hebben we überhaupt geen zin in.”

De familie wil ook vermijden dat Van der G., die wordt verdacht van de moord op Pim Fortuyn, het gesprek gebruikt om in een goed daglicht bij de rechtbank te komen.

Op 23 februari moet Van der G. in principe terug naar zijn cel in het Amsterdamse huis van bewaring Demersluis, onderdeel van de Bijlmerbajes. Eventueel verder gedragskundig onderzoek dient daar plaats te vinden. Het uiteindelijke rapport moet op 21 maart in handen van de onderzoeksrechter zijn.

Dat bepaalde de Amsterdamse rechtbank woensdag tijdens de derde pro-formazitting in de zaak tegen Van der G.

Als Van der G. de komende weken dwarsligt, dient de rechter-commissaris de man onmiddellijk over te plaatsen naar het huis van bewaring. In dat geval zal de rechter zich baseren op de gegevens die het Pieter Baan Centrum tot dan toe over Van der G. heeft verzameld.

Onderzoek in groepsverband is enkele dagen geleden van start gegaan. Hoofd juridische zaken J. van Mulbregt van het PBC noemde het woensdag„een precaire” zaak om een vertrouwensband met Van der G. op te bouwen.

De inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen Van der G. begint op donderdag 27 maart. Met deze planning is een wens van officier van justitie mr. J. Plooy gehonoreerd. Hij pleitte ervoor om „uit piëteit en kiesheid” de strafzaak ruim voor 6 mei, de dag waarop Fortuyn werd vermoord, af te handelen.

Op verzoek van de verdediging zal H. van den Haak, voorzitter van de commissie die de beveiliging van Pim Fortuyn onderzocht, nog eens worden gehoord. De dreigmail richting Fortuyn komt dan ter sprake.