De woningcorporaties Domijn en de Woonplaats hebben 2,7 miljoen euro gedeclareerd bij het Rijk. Dit zijn onder meer onkosten voor de noodopvang en herhuisvesting van bewoners uit het rampgebied.

„We missen dus nog steeds een kwart. Daar hebben de beide woningcorporaties wel recht op, want het zijn reëel gemaakte kosten. Ik vind dit heel vervelend, want in eerste instantie zegt het Rijk: ga je gang maar en wij vergoeden alle onkosten wel. Maar na veel vijven en zessen krijgen we nog maar driekwart vergoed.” Domijn neemt een advocaat in de arm om eventueel juridische stappen te nemen tegen het Rijk.

Beide woningcoporaties zitten verder met een onvergoede kostenpost van 9,5 miljoen euro. Hierbij gaat het om huurderving en sloopkosten. De commissie Lidth de Jeude, die de financiële afwikkeling van de ramp voor haar rekening neemt, moet hierover nog een advies uitbrengen aan het Rijk. Wanneer dit gebeurt, is nog niet bekend. Domijn en de Woonplaats hebben reeds in oktober 2002 deze onkosten gedeclareerd.

Rutgers benadrukt dat de financiële tekorten niet ten koste gaan van de huidige nieuwbouwprojecten van huurwoningen in het voormalige rampgebied.