Kerk & religie

Interesse in theologische vorming blijft groot

Van academisch gevormden tot ouderen die alleen lagere school gehad hebben. Dat is de doelgroep van de cursus Theologische Vorming Gemeenteleden, die in hervormd-gereformeerde kring een begrip is.

Klaas van der Zwaag
29 July 2009 08:20Gewijzigd op 14 November 2020 08:23
ZOETERMEER – Dr. M. A. van den Berg: „Er zijn veel huisvrouwen die even uit de drukte willen zijn en zich willen verdiepen in geestelijke en kerkelijke zaken.” Foto RD, Anton Dommerholt
ZOETERMEER – Dr. M. A. van den Berg: „Er zijn veel huisvrouwen die even uit de drukte willen zijn en zich willen verdiepen in geestelijke en kerkelijke zaken.” Foto RD, Anton Dommerholt

Dr. M. A. van den Berg begint in september aan zijn 25e jaar als docent en cursusleider. „De betrokkenheid en belangstelling van gemeenteleden is nog altijd onverminderd groot.” De hervormde predikant uit Zoetermeer is voorzitter van het samenwerkingsverband van de afdelingen Gouda, Middelharnis, Zeist, Harderwijk en Rijssen. Behalve cursusleider van de cursus Gouda is hij docent Oude Testament aan de opleiding in Gouda en Zeist.De cursus Theologische Vorming Gemeenteleden is een kleine dertig jaar geleden voortgekomen uit de catechetencursus die destijds in Zeist gegeven werd. „Deze was gericht op het krijgen van beroepsbekwaamheid voor catechese of ander werk in de kerk. Er waren echter veel gemeenteleden die hieraan geen behoefte hadden, maar wel aan theologische vorming. Voor die groep zijn de cursussen georganiseerd.”

De inhoud van het studieprogramma bestaat uit vakken die de opzet van de klassieke theologische indeling weerspiegelen: Oude en Nieuwe Testament, dogmatiek, ethiek, kerkgeschiedenis, missiologie en praktische theologie. Het aantal docenten bedraagt het komende cursusjaar maar liefst 25.

De cursus, die om de veertien dagen gegeven wordt op zaterdagmorgen gedurende 22 weken, heeft gaandeweg een informeler karakter gekregen. „Was er in het verleden nog sprake van het maken van werkstukken en het krijgen van cijferlijsten, nu is de opzet wat vrijer en officieuzer”, aldus dr. Van den Berg.

„De cursisten krijgen wel na drie jaar hun certificaat. Het gaat ons vooral om theologische toerusting en verdieping. Deelname aan de cursus vraagt ook niet de aanschaf van dure boeken, maar is voor iedereen toegankelijk.”

Betrokkenheid

Dr. Van den Berg roemt de grote betrokkenheid van de cursisten. „Het is een hele verplichting die men van harte op zich neemt om 22 keer een zaterdagmorgen op te offeren, en dat drie jaren achtereen. Je zou denken dat door de toenemende drukke werkzaamheden op de zaterdag het moeilijker is een dag vrij te maken, maar dat is niet het geval. Er zijn bijvoorbeeld ook veel huisvrouwen die even uit de drukte willen zijn en zich willen verdiepen in geestelijke en kerkelijke zaken.”

De cursus staat formeel niet onder verantwoordelijkheid van de Gereformeerde Bond maar wortelt wel voluit in de hervormd-gereformeerde beweging. „De deelnemers komen voor het overgrote deel uit deze richting. Maar er is ook belangstelling vanuit de breedte van de gereformeerde gezindte en zelfs ook daarbuiten. Eenieder die accepteert dat de grondslag van wat er geleerd wordt in de Heilige Schrift berust, is welkom.”

De cursus heeft een formele band met het vormingsgebeuren in het geheel van de kerk, voorheen de Hervormde kerk, nu de Protestantse Kerk. „Maar voor het overige genieten wij een status aparte binnen de kerk”, zegt dr. Van den Berg. „We hebben ons eigen beheer en onze eigen organisatie en zijn volkomen vrij om ons curriculum op eigen wijze in te vullen. Ons theologisch uitgangspunt is duidelijk anders dan gelijknamige cursussen in de Protestantse Kerk.”

Opvallend is dat de deelnemers niet in negatieve zin kritischer worden ten aanzien van hun kerkelijke gemeenten door wat ze tijdens de cursus meekrijgen. „Dat zou je misschien verwachten omdat ze soms in aanraking komen met opvattingen die niet gangbaar zijn in de eigen gemeente. Ik heb in de afgelopen 25 jaar nooit een telefoontje van een collega gekregen die zich bezorgd afvroeg waarmee we bezig waren. Het is eerder het tegendeel.”

Het totale aantal cursisten schommelt momenteel tussen de 400 en de 500. De groepen zijn meestal erg gevarieerd. „Er zijn er die academisch gevormd zijn, maar ook ouderen die alleen de lagere school gehad hebben. De betrokkenheid verenigt hen. De leeftijd schommelt tussen de 18 en de 88.”

Van de bijdragen van de cursisten worden de docenten betaald, wat er feitelijk op neerkomt dat het een vergoed vrijwilligerswerk is, aldus dr. Van den Berg. Van de docenten wordt verwacht dat zij gemeentepredikant zijn, en geen leraren bijvoorbeeld. „We willen hiermee dicht bij het kerkelijke gemeenteleven staan”, aldus de Zoetermeerse predikant.

Onder cursisten ontstaat doorgaans ook een hechte band. „Het is onlangs voorgekomen dat een derdejaarsgroep vlak voor de beëindiging van de cursus een dag bij elkaar kwam om de persoonlijke band met elkaar te vieren. Ook gebeurde het vroeger regelmatig dat cursisten na drie jaar toch weer terug bleven komen in het derde jaar. Al kregen ze vaak bekende lessen, ze konden de cursus niet missen.”

Juist om die laatste groep ter wille te zijn, is er een studium generale in het leven geroepen voor de ‘vierdejaars’. Oud-cursisten krijgen daarin de gelegenheid om een achttal zaterdagmorgens vanuit de diverse vakken met één bepaald thema bezig te zijn. „Cursisten kunnen zo blijvend uitdrukking geven aan hun betrokkenheid. Degenen die daarna nog verder willen, melden zich doorgaans aan bij de Christelijke Hogeschool Ede.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer