Kerk & religie

Maoïstisch geweld in Nepal

Nepal is een idyllisch ogend koninkrijk. Buiten de grote steden rukken echter maoïstisch georiënteerde guerrillastrijders op, die dood en verderf zaaien. Honderden politieagenten zijn al omgekomen. Het zendingsechtpaar Bertjan en Margriet Bouman keerde onlangs uit het land terug. Om er wellicht niet meer heen te gaan.

S. C. Bax
27 January 2003 10:19Gewijzigd op 14 November 2020 00:05
UTRECHT - Het GZB-zendingsechtpaar Bertjan en Margriet Bouman kwam vanuit Nepal naar Nederland terug voor het normale verlof. Ze wonen in het Landelijk Diensten Centrum Guest house in Utrecht. Met zorg kijken ze naar de ontwikkelingen in het land dat hen
UTRECHT - Het GZB-zendingsechtpaar Bertjan en Margriet Bouman kwam vanuit Nepal naar Nederland terug voor het normale verlof. Ze wonen in het Landelijk Diensten Centrum Guest house in Utrecht. Met zorg kijken ze naar de ontwikkelingen in het land dat hen

Al eens eerder maakten de beide GZB’ers met hun in Nepal geboren zoon Oeds een tactische terugtocht. Ze verruilden hun oude standplaats voor een nieuwe, ogenschijnlijk veiligere plaats. Maar hun taak werd steeds moeilijker uitvoerbaar. En de toestand in het Himalayaland wordt er niet beter op.

„Dolgraag willen we terug naar Nepal”, zeggen de twee vrijwel gelijktijdig. Bertjan is landbouwkundige en helpt via een Nepalese overkoepelende organisatie bij het opzetten van kleine coöperaties, zodat mensen zelf problemen gaan aanpakken. „De nood in het land is groot. Het wordt er in allerlei opzichten, ook voor de kerken, steeds slechter.”

Terugkeer naar het land ziet het echtpaar Bouman vooralsnog niet zitten. „Eerder denken we aan Kazachstan, want daar werkt de GZB ook. Als we in Azië willen blijven, moeten we buitengewoon zendingsarbeider worden. En een buitengewone post kan de Adventgemeente in Amersfoort, die al zeven zendingsstellen financieel ondersteunt, er waarschijnlijk niet bij hebben.”

Enkele jaren geleden dachten Bertjan en Margriet, toen nog ongetrouwd, vol verwachting en vertrouwen na over een taak in de zending. Hij studeerde tropische landbouwkunde in Wageningen; zij stapte na een jaar sociale academie over naar de verpleegkunde. Hij deed nog een jaar de Wittenberg in Zeist. Samen bekostigden ze het eerste deel van een gerichte zendingsstudie aan het All Nations Christian College in Engeland.

Ondertussen waren er contacten tussen hun Adventkerkgemeente, het echtpaar zelf en de GZB. De hervormd-gereformeerde zendingsorganisatie bekostigde vanaf toen de opleiding. Het stel ging naar het overwegend hindoeïstische Nepal, om er samen te werken met een plaatselijke hulpverleningsorganisatie. Dat gebeurde onder de vlag van de christelijke International Nepal Fellowship (INF). Vijftig jaar geleden zetten Engelse zendelingen deze koepel vanuit India op, nadat de grenzen van het tot dan toe vrijwel altijd strikt gesloten land waren opengegaan.

De jonge zendelingen gingen voor een vier maanden durende taalstudie naar de stad Pokhara, 200 kilometer ten westen van de hoofdstad Kathmandu. Pokhara is een mooi toeristisch gebied.

Het werkterrein van echtpaar Bouman lag echter rond Beni, een streek die zich gemakkelijk leent voor de omschrijving: „Het einde van de bewoonde wereld.” Slechts lopend kun je er komen. Ezelkaravanen trekken vandaar verder. Nepalese dragers, doorgaans klein van stuk, sjouwen dagenlang door bergachtig terrein met een last die dikwijls zo’n 100 kilo weegt. „Er is daar kennelijk geen ARBO-wet”, zegt Margriet, met enig gevoel voor understatement.

Het was Bertjans taak om in samenwerking met plaatselijke christenen mensen zelfstandig te maken. „Bewustwording is nodig. Kleine coöperaties kunnen helpen. Samen optrekken om bij de overheden aan te kloppen is bittere noodzaak in een land waar de ambtenaren het platteland niet opdurven. Samen kunnen dorpsbewoners wel een vuist maken. Het is bovendien een land met veel corruptie en vriendjespolitiek. Ook het officieel afgeschafte kastenstelsel speelt daar nog een rol.”

In Beni vond het echtpaar een fijne leef- en werkomgeving. Nepal staat vanouds bekend om de harmonieuze verhouding van de kerken onderling. Die staat momenteel wat onder druk vanwege het sterke oprukken van godsdienstige stromingen die liever op zichzelf willen staan. De kerk in Nepal overstijgt trouwens het kastenstelsel. De door dit oude systeem veroorzaakte verschillen vallen er weg, merkte het echtpaar.

In het dorp waar het echtpaar Bouman neerstreek, waren inmiddels twee kerken. „De ene is heel klein en wordt geleid door een voorganger met een sterk karakter. Een echte evangelist die alles in handen heeft. Die kerk is sterk persoonsgebonden. De andere kerk, waar zich op zondagen zeker rond de dertig mensen verzamelen, bestaat uit leden van een bergstam uit een dorp verderop. Zij durven vanwege de dreigende houding van de Sadhu’s, zogenaamde heilige mannen in de hindoetraditie, niet in hun eigen dorp bijeen te komen.”

Met beide kerken had het zendingsechtpaar contact. „We werden in de diensten sterk betrokken bij de voorbede.”

De dreiging van het maoïsme met haar guerrillatactiek werd ook in Beni sterker. „Nepal is een koninkrijk, en de communisten verzetten zich daar juist tegen. De regering liet het maoïsme voor wat het was, zolang de grotere centra niet bedreigd raakten. De politie mocht dit probleem opknappen, zodat het weinig aandacht kreeg, ook internationaal niet. Ondertussen zijn honderden politiemensen doodgeschoten. Het leger werd vrijwel niet ingezet. De maoïsten vielen soms een politiekamp aan, dood en verderf zaaiend, terwijl de militairen die vlak in de buurt gelegerd waren niet ingrepen.”

De Nepalese regering stelt wel troepen ter beschikking voor VN-vredesmissies, maar niet voor het bestrijden van guerilla’s. Volgens veel Nepalezen is dit het gevolg van angst voor burgeroorlogen, die ertoe zouden leiden dat er nog minder toeristen kwamen. Bovendien wil de regering het leger te vriend houden. Binnenlandse acties zijn veel gevaarlijker dan vredesmissies. Het komt er dus op neer dat de politie wordt opgeofferd. Pas toen de grote steden onder de invloedssfeer van maoïsten dreigden te komen, kwam het leger uit de kazernes.

De volgende standplaats van het echtpaar Bouman in Nepal zou Gamgadhi worden. „Dat ligt 500 kilometer ten westen van Khatmandu, vlak tegen Tibet aan. Wij hoopten op een nieuwe periode daar. Je moet erheen vliegen en dan dagen lopen of een helikopter inhuren. Maar ook daar werd de situatie dreigender. Ook die weg werd afgesneden.”

Het echtpaar kwam naar Nederland terug voor het normale verlof. Ze wonen in het Landelijk Diensten Centrum Guest house in Utrecht. Met zorg kijken ze naar de ontwikkelingen in het land dat hen lief werd. Teruggaan lijkt onmogelijk. Met zorg denken ze ook aan de christenen daar. Een minderheid tussen hindoes en maoïsten.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer