Informatie alleen voorkomt geen recidive
Justitie gaat burgemeesters informeren over de adressen van ex-gedetineerden. Sjef van Gennip pleit voor samenwerking tussen de gemeenten en reclassering om recidive te voorkomen.
De weken na detentie vormen een recidivegevoelige periode. Die succesvol overbruggen is de kunst. Een select aantal burgemeesters wordt –bij wijze van proef– vanaf dit najaar geïnformeerd over de terugkeer van plegers van zware gewelds- en/ of zedendelicten binnen hun gemeentegrenzen. De bedoeling hiervan is dat ze zich kunnen voorbereiden op die terugkeer. Maar hoe?Het is belangrijk dat burgemeesters betrokken worden bij de re-integratie van misschien wel de meest ongewenste buren van Nederland. De nieuwe bijzonder hoogleraar reclassering, prof. dr. Van der Laan, gaf recent nog aan dat gemeenten hun burgers moeten voorbereiden op de terugkeer van ex-gedetineerden. Ik ben het van harte met hem eens.
Informeren is dus uitstekend. Maar wat gaan gemeenten doen met die informatie? Ik hoop dat samenwerking wordt gezocht met de reclassering.
De reclassering heeft de ex-gedetineerde al in een eerder stadium leren kennen. Ze weet wat er gedaan is aan gedragsbeïnvloeding en weet wat er nog aan gedragsverandering nodig is. Ze kent het netwerk van de ex-gedetineerde én bovenal: ze schat de risico’s van recidive in, op basis van een wetenschappelijk onderbouwde methode.
Effectiever
De bewindslieden van Justitie hebben de Tweede Kamer laten weten dat de burgemeesters in het experiment een gemandateerde ambtenaar aanwijzen, die in overleg met de politie een advies kan opstellen. Daarin wordt de burgemeester gewezen op mogelijke risico’s voor de openbare orde en veiligheid. Dat is opmerkelijk. Want dat doen zeer deskundige reclas-seringswerkers elke dag. Het lijkt me dus effectiever dat de reclassering deze adviezen opstelt.
Na het ontvangen van een advies kan de burgemeester zo nodig bestuurlijke maatregelen treffen. In dat geval kan de reclassering in opdracht van de burgemeester de begeleiding en het eventueel controleren van de ex-gedetineerde op zich nemen. Het bieden van trainingen om het gedrag gunstig te beïnvloeden of toezicht te houden op opgelegde gebiedsverboden, past ook bij die mogelijkheden.
Kortom, een plan op maat om de ex-gedetineerde op de rails te houden. De werkwijze is vaak de combinatie van controle, begeleiding en daarmee een verantwoorde re-integratie. Niet onbelangrijk, lijkt me, in het kader van de openbare orde en veiligheid.
Het is een andere situatie wanneer de ex-gedetineerde in een justitieel traject zit. Bijvoorbeeld de voorwaardelijke invrijheidsstelling of een re-integratieprogramma. Daarvoor geldt wat mij betreft: wel de burgemeester informeren, maar geen bestuurlijke interventie.
Door dagelijks met daders en verdachten te werken, zijn reclasseringswerkers specialisten in bestrijding van recidive. En dat is de enige methode die écht bijdraagt aan veiligere buurten en straten. Reclassering Nederland gaat de bij het proefproject betrokken burgemeesters daarom gericht benaderen. We streven immers hetzelfde veiligheidsdoel na.
De auteur is algemeen directeur van Reclassering Nederland.