Land– en tuinbouworganisatie LTO vindt dat de aanpassing te ver gaat. Melkveehouders krijgen te maken met nog lagere garantieprijzen dan eerder was afgesproken. Volgens LTO–voorzitter G. Doornbos duwt de Europese Commissie met deze plannen zwakke bedrijven over het randje.

De plannen van Fischler kunnen Nederlandse melkveehouders de kop kosten, meent ook secretaris F. Beekman van het Productschap Zuivel. De steunprijzen voor zuivelproducten gaat omlaag. Als ook de marktprijs volgt, krijgen veel boeren te maken met forse inkomensdalingen. „Dat kan dramatisch zijn.”

Milieudefensie vindt juist dat Fischler te laf is om een echte hervorming door te voeren. De commissie houdt alles bij het oude, vindt de milieuclub. „Steun aan de grote boeren terwijl het milieu wordt afgescheept met een fooi.”

Woensdag kwamen de plannen naar buiten. De gegarandeerde prijs die boeren krijgen voor magere melkpoeder en voor boter moet volgens commissaris Fischler (Landbouw) jaarlijks met 3,5 respectievelijk 7 procent omlaag. Verder wil hij de melkquota in 2007 en in 2008 telkens met 1 procent verhogen, waardoor er meer melk op de markt komt. Het hele systeem van de melkquota blijft tot 2014 bestaan. De inkomensachteruitgang van de melkboeren wordt voor ruim de helft (58 procent) gecompenseerd.

De precieze gevolgen voor de Nederlandse melkveehouder zijn nog onduidelijk. De helft van de Nederlandse melk gaat naar de kaasproductie. De prijs van kaas is niet afhankelijk van ’Brussel’. Volgens het Productschap Zuivel is het dan ook erg moeilijk om de marktprijs te voorspellen. „Als de markt de steunprijs volgt, wordt het zwaar”, aldus Beekman. „Dan wordt een aantal boeren gedwongen te stoppen. Het is de vraag in welke landen dat het eerst gebeurt. De lidstaten kunnen zelf ook steunmaatregelen nemen.”

De plannen met de zuivel maken deel uit van een algemene aanpassing van het 40 miljard euro per jaar kostende landbouwbeleid van de Europese Unie. Fischler kondigde het voorstel van de Commissie woensdagmorgen aan in het Europees parlement, hoewel dat geen zeggenschap heeft in deze kwestie. De ministers van landbouw van de vijftien lidstaten des te meer, en die zullen nog lang moeten vergaderen over de plannen.

De rest van de plannen had Fischler in grote lijnen al eerder aangekondigd. Zo wil hij de inkomenssteun voor boeren loskoppelen van wat ze feitelijk produceren. Wel moeten ze aan allerlei andere eisen voldoen zoals milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid, op straffe van vermindering van de steun.

Volgens het Productschap vormen de jongste plannen een aanscherping. „Eerst zou er sprake zijn van een totale prijsdaling van ongeveer 15 procent. Nu komt het uit 25 tot 28 procent. We zien hier de noodzaak niet van in.”