Het incident deed zich op 11 mei vorig jaar in Beneden-Leeuwen voor, nadat het slachtoffer Wanda in haar omgeving fietsende kinderen had gewaarschuwd. Een van de kinderen reed tegen haar aan. Toen de vrouw de kinderen tot de orde riep, begon een van hen haar uit te schelden.Enige tijd later stormde M. H., moeder van een van de kinderen, op Wanda af en sloeg en trapte haar. H. deed dat samen met haar schoonzus, een buurvrouw van Wanda. Het slachtoffer liep verwondingen op aan onder meer kaak, neus, lip en oog.

„Ik dacht dat ze mijn zoontje wilde slaan”, verdedigde M. H. haar optreden gisteren bij de politierechter in Arnhem. Ze ontkent dat ze Wanda heeft geslagen en geschopt. „Ik heb haar arm vastgehouden. Ik heb haar van me af geduwd toen ze mij aanviel.”

Getuigenverklaringen geven een ander beeld. Diverse betrokkenen melden dat de twee vrouwen Wanda hebben getrapt, geslagen en aan het haar hebben getrokken. Uiteindelijk lukte het de vriend van Wanda om de belaagde vrouw te ontzetten.

Het slachtoffer kon na de gewelddadigheden drie weken niet werken en voelt zich onveilig. Ze is bang dat de kinderen uit de straat, bijvoorbeeld tijdens de jaarwisseling, haar te grazen zullen nemen.

Officier van justitie S. Wiarda, die vijftig uur werkstraf waarvan twintig uur voorwaardelijk eiste, vindt de waarschuwing die Wanda uitte tegen de kinderen terecht. „Ze fietsten op en neer door een paar brandgangen. Daartussen ligt een onoverzichtelijke weg. Eerder werd op die plek een kind aangereden.”

De andere geweldpleger, de buurvrouw van het slachtoffer, werd al eerder veroordeeld tot zestig uur werkstraf, waarvan dertig uur voorwaardelijk.