Geen ontslagen bij fusie kippenbedrijven
De fusie van kippenslachterijen Plukon en Astenhof leidt niet tot verlies van arbeidsplaatsen of sluiting van slachterijen.
Dat zeggen de directeuren P. Poortinga (Plukon) en A. Hamers (Astenhof) in een toelichting op de vrijdag gepresenteerde fusieplannen. Door het samengaan ontstaat een onderneming met een omzet van 475 miljoen euro en 2500 medewerkers.
Plukon, bekend van de merknaam Friki, is onderdeel van de coöperatieve onderneming Cebeco uit Rotterdam. Astenhof valt onder de landbouwcoöperatie Cehave Landbouwbelang. Cebeco krijgt 71,5 procent van het nieuwe bedrijf, Astenhof 28,5 procent.
Beide bedrijven denken uit de bundeling van krachten voordeel te halen op logistiek gebied en op het gebied van investeringen. „We zijn meer geïnteresseerd in verbetering van het resultaat dan in het produceren van meer kilo’s”, stelt Poortinga. Bij elkaar opgeteld verwerken zij jaarlijks ongeveer 300 miljoen kilo levend gevogelte.
De combinatie is vooral sterk in Nederland en Duitsland. Er zijn tien productielocaties, waarvan zeven in Nederland en drie in Duitsland. Een van die zeven, de Plukon-slachterij in Dedemsvaart, sluit binnenkort. Maar dat was al langer bekend. De werknemers verhuizen naar de vestiging in Wezep.
Astenhof verwerkt elke week 1,2 miljoen vleeskuikens en heeft Duitsland als grootste thuismarkt en daarnaast afzet in het Verenigd Koninkrijk. Plukon maakt wekelijks van 1,5 miljoen kuikens allerhande kipproducten en verwerkt daarnaast nog eens 50.000 kalkoenen. In Nederland is Friki marktleider met ruim een kwart van de markt. In Duitsland wordt het marktaandeel van de combinatie eveneens 25 procent.
Cebeco is bezig met een metamorfose. De landbouwcoöperatie volgt sinds eind 2001 een nieuwe strategie en richt zich op de vleessector in Nederland. Alle andere bedrijfsonderdelen, zoals de plantaardige activiteiten, kwamen daarom vorig jaar in de etalage. Aardappelverwerker Aviko werd verkocht aan het Bredase Cosun, de eigenaar van Suikerunie. Verder kregen onder meer de bloembollenhandel en het zaadveredelingsbedrijf een nieuwe eigenaar.
Volgens RMU-onderhandelaar Chris Baggerman betekent de fusie „een versterking van de Nederlandse pluimveesector.” De RMU wijst erop dat de fusie geen gevolgen moet krijgen voor de vaste werknemers. Een eventueel noodzakelijke afvloeiing van personeel dient onder uitzendkrachten plaats te hebben.