Verdachte maffiamoorden Duisburg al in Italië
AMSTERDAM (ANP) – De in Nederland opgepakte Italiaan Giovanni Strangio, die verdacht wordt van het vermoorden van zes rivaliserende maffialeden in het Duitse Duisburg, is al overgeleverd aan Italië. Dat heeft de Italiaanse officier van justitie Nicola Gratteri, die de zaken tegen Strangio behandelt, gezegd.
Omdat het bewijs tegen Strangio in de Duisburg–zaak nog te mager is om hem te kunnen vervolgen, hebben justitiële autoriteiten in Duitsland, Nederland en Italië onlangs besloten hem in eigen land voor de rechter te brengen. Gratteri had in de zuidelijke regio Calabrië al een zaak tegen hem lopen wegens maffiapraktijken in het plaatsje San Luca en omgeving. „Als het lukt om hem te veroordelen, kan hij hiervoor tien tot vijftien jaar gevangenisstraf krijgen", aldus Gratteri.Het onderzoek naar de Duisburg–zaak loopt nog. Volgens de Italiaanse officier van justitie worden nog vijf verdachten gezocht. Als het lukt om het onderzoek rond te krijgen, wil Gratteri inzetten op levenslange gevangenisstraf.
Maar dat zal niet makkelijk worden. „Er is heel erg weinig bewijs tegen hem, en erg indirect", aldus advocaat Simon van der Woude, die Strangio in Nederland vertegenwoordigt. „Twee getuigen hebben gezegd twee lange schutters te hebben gezien. Mijn cliënt is 1.68 meter. Dat kan hij dus niet geweest zijn".
In de nacht van 14 op 15 augustus van 2007 werden in Duisburg zes mannen gedood met meer dan zestig kogels, afgevuurd door twee schutters. Het zou om een wraakactie gaan in het kader van een langdurige vete tussen twee clans van de Calabrische maffiaorganisatie ’Ndrangheta. Strangio zou de moord op een vrouwelijk familielid, gepleegd eind 2006, hebben willen wreken. De vrouw was de echtgenote van maffiakopstuk Giovanni Nirta.
De 30–jarige Italiaan werd op 12 maart in Diemen door een arrestatieteam aangehouden. Hij was in het bezit van een vuurwapen, dat echter niet is gebruikt bij de moorden in Duitsland.