Geen nieuwe feiten in onderzoek ’verdwenen hart’
BREDA (ANP) – Het aanvullende onderzoek van de rijksrecherche in de zaak van de overleden Denise Schouten uit Tilburg heeft voor het Openbaar Ministerie (OM) geen nieuwe aanknopingspunten opgeleverd om medewerkers van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) alsnog te vervolgen. Dat heeft het Openbaar Ministerie (OM) donderdag bekendgemaakt.
De 21–jarige Tilburgse overleed in 1999 nadat zij in een bar een ’muf’ drankje had gedronken. Tijdens of na de sectie op het lichaam zijn het hart en andere organen van de vrouw verwisseld. Waar deze verwisseling plaatsvond, heeft de rijksrecherche nooit kunnen achterhalen. Volgens justitie is Denise Schouten niet door een misdrijf om het leven gekomen, maar zou hartfalen de doodsoorzaak zijn.In december vorig jaar heropende het OM de zaak, nadat het tv–programma NOVA onjuiste conclusies, tegenstrijdigheden en onbeantwoorde vragen in het rijksrechercherapport had aangetoond.
Michel van Stratum, advocaat van de familie Schouten, vindt de onderbouwing van het OM om niet te vervolgen „niet overtuigend". Hij laat de klaagschriftprocedure die in juni op de rol staat gewoon doorgaan.
Met de klaagschriftprocedure willen de ouders voor elkaar krijgen dat medewerkers van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) alsnog worden vervolgd voor de verdwijning van de organen van Denise Schouten en voor valsheid in geschrift.
Onderzoek van de rijksrecherche heeft aangetoond dat het NFI wel administratieve fouten heeft gemaakt, maar het ging daarbij niet om strafbare feiten. Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie bood vorig jaar november de familie Schouten excuses aan voor fouten die het NFI heeft gemaakt.