Overlevende Sobibor voelt voldoening
Jules Schelvis, een van de overlevenden van kamp Sobibor, kan niet zeggen dat hij blij was toen hij hoorde over de arrestatie van de vermoedelijke oorlogsmisdadiger John Demjanjuk.
„Blij is niet het goede woord. Je bent blij als je jarig bent. Het geeft wel voldoening dat er na al die jaren gerechtigheid is.”Demjanjuk is woensdag naar gevangenis Stadelheim in München overgebracht. De 89-jarige Oekraïner wordt ervan verdacht dat hij in 1943 bewaker was van het Poolse concentratie- en vernietigingskamp Sobibor. Tijdens zijn aanwezigheid zouden er 29.000 mensen zijn omgebracht.
De 88-jarige Schelvis werd eind mei 1943 tijdens een razzia in Amsterdam opgepakt, samen met zijn vrouw en haar ouders, zus en zwager. De groep werd eerst naar kamp Westerbork afgevoerd, waarna de Duitsers erachter kwamen dat er te veel mensen in het kamp zaten. „Het kamp was overbevolkt. Ze moesten zo snel mogelijk ruimte maken voor nieuwe slachtoffers. Wij werden naar kamp Sobibor vervoerd”, vertelt Schelvis.
De treinwagon waar Schelvis en zijn familie in zaten, kwam op 4 juni 1943 aan in Sobibor. Hij werd samen met een paar anderen uitgekozen om turf te gaan steken. De anderen van het transport werd direct vergast. „Een merkwaardig toeval. Ik ben drie uur in Sobibor geweest. Gelukkig maar.”
Vlak daarna konden hij en een vriend bij een drukker werken, waardoor hij nogmaals aan de dood ontsnapte. Een paar dagen nadat hij aan zijn werk begon, werden alle turfstekers vermoord. „Het had veel met geluk te maken. En eigen initiatief nemen. Je moest jezelf niet mee laten voeren met de stroming van de zee.”
Schelvis zorgde er met boeken en een stichting voor dat Sobibor in Nederland bekend werd. „Iedereen kende Auschwitz, maar Sobibor, waar een derde van de Joden uit Nederland is vermoord, was totaal onbekend.” Zijn vrouw en schoonfamilie werden in Sobibor vermoord.
Schelvis droeg bij aan de vervolging van Demjanjuk. „Ik ben er al geruime tijd mee bezig. Samen met prof. J. Houwing ten Cate proberen we de rechters aan informatie te helpen. Lijsten met namen van mensen die gedeporteerd zijn.” Schelvis kan nog steeds niet bevatten dat iemand tot zoiets in staat is. „Ongelooflijk. Niet te geloven dat mensen zulke verschrikkelijke daden kunnen plegen.”