Tijdens een debat over mobiliteit in Den Haag stelde Klerk gisteren zelfs alle nieuwe spoorprojecten ter discussie. Zo kan wat hem betreft ook de uitbreiding tussen Amsterdam en Utrecht van twee naar vier sporen -die op dit moment in volle gang is- beter worden geschrapt. Volgens ProRail, de koepel waaronder Railinfrabeheer sinds 1 januari werkt, is het vooral zaak om miljarden in het achterstallig onderhoud van de rails te steken.

Het pleidooi van Klerk is opvallend. De aandelen van ProRail zijn volledig in handen van de overheid. De website van de organisatie meldt daarom zelfs de noodzaak van de spoorverdubbeling tussen Amsterdam en Utrecht. „De spoorlijn uit 1843 is overbelast.” Ook het schrappen van de Zuiderzeelijn is opmerkelijk. Het Rijk heeft deze lijn namelijk toegezegd aan het noorden.

Klerk ziet er echter weinig in. „De aanleg kost veel geld, terwijl dat zinniger kan worden ingezet.” Volgens hem hoeft er slechts „een beetje bijgebouwd” te worden. Als er meer inhaalsporen bij stations komen, kunnen er in de loop van de komende jaren bijna twee keer zoveel treinen over het bestaande spoor rijden. Daarvoor moet wel de slechte kwaliteit van het spoor drastisch worden opgepoetst.

Minister De Boer (Verkeer) gaf onlangs voor het eerst namens zijn ministerie toe dat het achterstallig onderhoud aan het spoor groter is dan gedacht. ProRail gaf daarop aan dat alleen dit jaar al 1,5 miljard euro extra nodig is om het spoor aan te passen aan de eisen van de kwaliteit omdat het spoor „uitgewoond” is.

In de toekomst willen ProRail, de Nederlandse Spoorwegen en het ministerie van Verkeer en Waterstaat de treinen in een metrosysteem laten rijden. Elke tien minuten moet er dan een trein op de stations voor komen rijden, zodat de dienstregeling kan vervallen. Volgens Klerk kan dit systeem echter pas tussen 2014 en 2020 volledig worden ingevoerd.