Princeton herdenkt Herman Bavinck
Er is geen conflict tussen het geloof in God en een evolutionaire ontwikkeling van soorten, mits die ontwikkeling door God is geleid.
Dat stelde filosoof prof. Alvin Plantinga zaterdag in Princeton tijdens een conferentie over de actualiteit van het theologische werk van de Nederlandse dogmaticus Herman Bavinck (1854-1921). Deze hield honderd jaar geleden in Princeton een serie lezingen over filosofie en openbaring, de zogenaamde Stone-lezingen. In de Engelstalige wereld staat de theologie van Bavinck in het centrum van de belangstelling.De opening van de conferentie werd verricht door prof. Plantinga met een lezing over religie en wetenschap. Volgens hem vertoont juist het atheïstische naturalisme dat tot een religie geworden is een innerlijke tegenstrijdigheid, omdat het evolutionisme uitgaat van blinde toevalligheid en zo de betrouwbaarheid van alle menselijke kennis op losse schroeven stelt.
Prof. George Harinck (Vrije Universiteit) belichtte de achtergrond van de Stone-lezingen. Bavinck voelde aan dat de Europese cultuur rond de eeuwwisseling kantelde en dat er meer ruimte kwam voor religie en het bovennatuurlijke. „Hij zag daarin een uitdaging om het christelijke geloof met de cultuur te verbinden door in te steken bij een filosofische benadering van openbaring”, aldus Harinck.
Aansluitend verklaarde dr. Henk van den Belt (Universiteit Utrecht) de lezingen van Bavinck als een vorm van apologetiek. Vanuit Princeton werd onder andere door B. B. Warfield aan Abraham Kuyper en Bavinck verweten dat zij de rationele verdediging van het christelijke geloof verwaarloosden. Bavinck probeerde dat verwijt te weerleggen door een alternatieve vorm van apologetiek te bieden. In plaats van verstandelijke bewijzen aan te voeren voor de waarheid, mag de christen zijn uitgangspunt nemen in de geopenbaarde waarheid om van daaruit de hele werkelijkheid te duiden.
Prof. Gijsbert van den Brink (Vrije Universiteit) ging in op de natuurlijke kennis van God. Bavinck stelt dat atheïsme abnormaal is. De algemene openbaring, waardoor alle mensen een bepaalde notie van God hebben, blijft wel nauw verbonden aan de bijzondere openbaring.
Prof. John Bolt, verbonden aan het Calvin Seminary in Grand Rapids, stelde dat Bavinck het verwijt dat het geloof in de Schrift omwille van de Schrift een cirkelredenering is, wilde doorbreken. „Door een filosofie van de openbaring te bieden laat Bavinck zien dat de mens geschapen is voor de openbaring en dat de openbaring een universele werkelijkheid is.”
De emeritus hoogleraar Jan Veenhof (Amsterdam) sloot de conferentie af met een lezing over de algemene en de bijzondere openbaring.