Het is waar: God geeft de goddelozen slechts één talent, terwijl Hij Zijn kinderen vier talenten geeft. Toch kunnen zij niet zeggen dat Hij als een hard mens is, maaiende waar hij niet gezaaid heeft. Nee, er bestaat eenzelfde overeenkomst tussen één talent en meerdere. Want gelijk wordt er geklaagd zoals Christus dat in een gelijkenis aantoonde: „Heere, ik kende u, dat gij een hard mens zijt, maaiende waar gij niet gezaaid hebt en vergaderende vanwaar gij niet gestrooid hebt.” Maar de heer antwoordde: „Gij boze en luie dienstknecht, enzovoorts. Hij geeft de schuld aan zijn moedwil, want hij had de moeite niet willen nemen om met het talent te handelen.Helaas, zegt de goddeloze, God heeft totaal geen kracht van bekering in mijn hart gezaaid en wil Hij dan toch proberen om die te vergaderen? Dit is toch wel een strenge handelswijze. O, gij boze en luie dienstknecht! Waarom hebt gij dan dat talent dat Ik u gegeven heb, niet gebruikt? Dat ene talent, wat ik u gegeven heb, had er meerdere kunnen winnen. Ik gaf u verstand. Waarom hebt gij het begraven? Ik gaf u kennis, wat hebt gij ermee gedaan? Geliefde, u kunt het niet wijten aan uw onmacht. Het is uw onwil.

William Fenner, predikant te Rochford (“Moedwillige onbekeerlijkheid”, 1661)