„Er is het afgelopen jaar grote vooruitgang geboekt in het bereiken van veiligheid. Maar het blijft voor enkelingen toch mogelijk raketaanslagen te plegen”, aldus van Uhm, die een jaar geleden zijn zoon, eerste luitenant Dennis van Uhm, verloor door een aanslag met een bermbom.„We zullen doorgaan om die enkelingen te bestrijden en daarnaast ervoor zorgen dat het overgrote gedeelte van de bevolking van Uruzgan kan blijven profiteren van de veiligheid die wij haar, samen met het Afghaanse gezag, bieden.”

Na de aanslag met twee raketten op Kamp Holland was er nog een aanslag op de basis in Uruzgan. Er vlogen opnieuw twee raketten over. Veel later op de avond werd Kandahar Airfield beschoten.

De twee laatstgenoemde aanslagen richtten geen schade aan, zei Van Uhm. „Maar het geeft wel aan hoe reëel de dreiging van deze projectielen is.” De 107 mm raketten die daarbij worden gebruikt, zijn in grote hoeveelheden aanwezig in Afghanistan. Veelal betreft het oude munitie uit eerdere conflicten. De raketten zijn uiterst onnauwkeurig en treffen volgens Van Uhm zelden doel. „Gisteren was daarop een trieste uitzondering.”

Het aantal raketaanvallen in Uruzgan en Kandahar is de afgelopen maanden weer toegenomen. Volgens Van Uhm wordt er alles aan gedaan om deze dreiging tegen te gaan. Zo zijn er in de kampen actieve beschermings- en voorzorgsmaatregelen getroffen.