De rechtbank vindt dat de huidige wettelijke regeling voor horecaondernemers ondernemingen met en zonder personeel ongelijk behandelt. Ook stelt de rechtbank dat eenmanszaken in de praktijk onevenredig hard worden getroffen door het rookverbod. Daarom kan zo’n verbod voor horecaondernemers zonder personeel geen standhouden, concludeert de rechtbank.Het openbaar ministerie gaat in hoger beroep tegen de uitspraak.

Koninklijke Horeca Nederland is blij met het vonnis. De organisatie gaat ervan uit dat over deze zaak tot aan de Hoge Raad zal worden geprocedeerd, maar ziet de zaak als een steun voor de 4000 cafés zonder personeel. De VVD vindt dat minister Klink nu snel een uitzondering op het rookverbod moet maken voor kroegen zonder personeel. Klink wacht eerst het hoger beroep af.

De VVD dringt al langer aan op een uitzondering voor cafés zonder personeel. Die zouden met een bordje aan de gevel aan de klanten duidelijk kunnen maken of er wel of niet gerookt mag worden. In grotere cafés zou alleen in een rookruimte een sigaret opgestoken mogen worden. Dinsdag willen de liberalen opheldering van Klink in het mondeling vragenuurtje.

Kroegbaas Van Haperen uit Breda vierde gisteren samen met ongeveer twintig vaste klanten voor zijn café een feestje. Hij had bij een negatieve uitspraak van de rechter de asbakken gewoon op tafel laten staan.

In februari bestrafte de rechtbank in Groningen de eigenaren van café De Kachel wel voor het overtreden van het rookverbod. Zij kregen een boete van 1200 euro. Deze onderneming heeft ook geen personeel. Bij De Kachel is men dolblij met de uitspraak. Het hoger beroep in deze zaak dient eind mei.

Het rookverbod dat in juli inging, leidt vooral onder eigenaren van kleine horecazaken tot onrust. Zij zijn bang klanten en daarmee omzet te verliezen, en niet ten onrechte, stelt de rechtbank.

Het actiecomité Buigen of Barsten, waarin 1600 kleine horecaondernemers zich tegen het rookverbod hebben verenigd, reageerde gisteren uitgelaten op de uitspraak.