Opinie

Christelijke zorg moet innoveren

Innovatie is bittere noodzaak om de christelijke zorg betaalbaar en bemensbaar te houden, betogen dr. Dirk Jan Bakker en prof. dr. Maarten Verkerk. De christelijke identiteit kan een positieve rol spelen in het innovatieproces, waarbij samenwerking tussen christelijke instellingen onmisbaar is.

24 March 2009 17:23Gewijzigd op 14 November 2020 07:34
Innovatie is bittere noodzaak om de christelijke zorg betaalbaar en bemensbaar te houden, betogen dr. Dirk Jan Bakker en prof. dr. Maarten Verkerk. De christelijke identiteit kan een positieve rol spelen in het innovatieproces, waarbij samenwerking tussen
Innovatie is bittere noodzaak om de christelijke zorg betaalbaar en bemensbaar te houden, betogen dr. Dirk Jan Bakker en prof. dr. Maarten Verkerk. De christelijke identiteit kan een positieve rol spelen in het innovatieproces, waarbij samenwerking tussen

Hoe zal de christelijke zorg zich in de toekomst ontwikkelen? Op welke manier kan ingespeeld worden op de marktwerking? Wat is de rol van de christelijke identiteit? Deze vragen staan centraal in rapport ”Wie dan zorgt. Toekomstverkenning Christelijke Zorg”, dat vrijdag op een symposium ter gelegenheid van het afscheid van Prof. dr. ir. H. Jochemsen van het Prof. G. A. Lindeboom Instituut werd gepresenteerd.Het rapport ”Wie dan zorgt” is opgesteld door het Centrum voor Samenlevingsvraagstukken van de Gereformeerde Hogeschool Zwolle (GH) en het Prof. G.A. Lindeboom Instituut (PLI) in opdracht van Focaris, een koepel van zorgaanbieders in de gereformeerde gezindte. Het rapport geeft een gedegen analyse van de situatie.

Allereerst wordt een schets gegeven van de geschiedenis van de christelijke zorg en van de manier waarop de identiteit gestalte gegeven kan worden. Daarna geeft het rapport een schets van de externe context. Met name demografische, economische, sociaal-culturele en beleidsmatige ontwikkelingen worden besproken.

Vervolgens doen de auteurs verslag van het onderzoek naar de zorgvisies van gereformeerde instellingen en naar de praktijk van de identiteit. In het laatste hoofdstuk worden enkele (gereformeerde) sporen getrokken. Een aantal verschillende keuzen worden voorgelegd.

Als eerste kan er gekozen worden voor standaardzorg of voor innovatieve zorg. Bij standaardzorg gaat het om kwalitatief goede traditionele zorg en bij innovatieve zorg om nieuwe zorgmethoden en -producten.

Ten tweede kan er gekozen worden voor een welomschreven doelgroep of voor een bredere markt. Bij een welomschreven doelgroep gaat het eigenlijk alleen om de eigen achterban en bij een bredere markt wordt ook buiten de eigen achterban geworven.

Standaardzorg

Op het genoemde symposium reageerde drs. M.J. Boereboom, directeur-generaal Langdurige Zorg van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op de verschillende scenario’s. Hij stelde klip en klaar dat ”standaardzorg” geen optie meer is, maar dat alleen innovatieve zorg toekomst heeft. En die innovatieve zorg kan aan de eigen achterban en aan een bredere markt worden gegeven. Met andere woorden: het leveren van goede standaardzorg is niet langer voldoende. En: innoveren moet!

Wat moeten we met deze stelling van Boereboom? Ligt de toekomst echt in de innovatie? Vraagt innovatie niet om schaalvergroting? En is schaalvergroting geen bedreiging voor de identiteit van de christelijke zorg?

Wij zijn van mening dat Boereboom gelijk heeft. Wat gebeurt er als we niet innoveren? Wat is het effect als we alleen traditioneel goede zorg blijven leveren? Het gevolg is dat –vanwege de vergrijzing en de toename van het aantal chronische zieken– het aantal verpleeghuizen om demente bejaarden op te vangen in de komende twintig à dertig jaar verdubbeld moet worden en het aantal ziekenhuizen in die periode met 30 tot 50 procent moet toenemen!

Stel je eens voor wat dat betekent. Allereerst, daar is geen geld voor. Maar zelfs als we met z’n allen zouden accepteren dat het veel meer geld gaat kosten, dan is er nog een ander probleem. Vanwege de vergrijzing in combinatie met het relatief lage geboortecijfer zullen er niet genoeg werknemers zijn om die zorg te leveren. Maatschappelijk gezien ligt hier dus een levensgroot probleem.

Christelijke zorg is in het algemeen traditioneel en kwalitatief goed. Daarbij speelt de hoge motivatie van de werknemers een belangrijke rol. Maar christelijke zorg is door de bank genomen veel te weinig innovatief.

We geven één voorbeeld. In de toekomst zal het aantal demente bejaarden sterk toenemen. De afgelopen jaren zijn verschillende methoden ontwikkeld om demente bejaarden en hun partners (mantelzorgers) te begeleiden. Hierdoor kan onder andere opname in een verpleeghuis uitgesteld worden. Het blijkt dat deze nieuwe methoden op de biblebelt –dus door de christelijke zorg– nauwelijks gebruikt worden!

Sterke punten

We komen tot een conclusie. Christelijke zorg moet innoveren. Niet omdat innovatie in is, maar omdat innovatie bittere noodzaak is. Alleen zo kunnen we vorm geven aan onze maatschappelijke verantwoordelijkheid: zorg betaalbaar houden en zorg bemensbaar houden.

We zijn van mening dat innovatie geen bedreiging hoeft te zijn van de christelijke identiteit. Sterker nog: we zullen de christelijke identiteit moeten inzetten in het innovatieproces. Christelijke zorg heeft namelijk drie belangrijke sterke punten: christelijke waarden, motivatie van de werknemer en inzet van kerkelijke vrijwilligers.

We zijn er ook van overtuigd dat onze maatschappelijke verantwoordelijkheid om te innoveren ons ook mag drijven om als christelijke instellingen nauw samen te werken. Zonder samenwerking geen innovatie. En zonder innovatie heeft de christelijke zorg geen toekomst.

De auteurs zijn respectievelijk oud-medisch directeur van het AMC en bijzonder hoogleraar reformatorische wijsbegeerte in Eindhoven en Maastricht. Beiden zijn bestuurslid van VitaValley, een innovatief netwerk in de zorg.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer