Verburg compenseert palingvisser
De palingvisserij gaat in oktober op slot. Minister Verburg (Visserij) kondigde dat maandag aan. Als compensatie voor het verlies aan inkomsten krijgen palingvissers onder voorwaarden 700.000 euro. De financiële bijdrage is gekoppeld aan een plan om zogenoemde schieraal op weg te helpen naar de paaigronden in de Sargassozee.
Het aalbestand in Nederland is er zo slecht aan toe dat sluiting van de visserij onvermijdelijk is, vindt Verburg. Maar voorlopig beperkt ze de periode tot één maand. Aanvankelijk wilde ze de palingvisserij twee maanden stilleggen, en bood ze 400.000 euro compensatie. Palingvissers trokken daarom eind vorig jaar uit onvrede naar Den Haag.Het nu aangepaste plan waarover Verburg woensdag met de Tweede Kamer praat, komt er op neer dat de vissers 50 ton aan schieraal - in de regel gemiddeld vijf jaar oude palingen die geslachtsrijp zijn - over barrières als gemalen en stuwen heenzetten. Op die manier kunnen schieralen ongehinderd naar de Sargassozee zwemmen. Door in oktober niet te vissen, kan volgens Verburg ongeveer 100 ton geslachtsrijpe aal naar zee trekken.
De vissers moet de handhaving zelf regelen en garanderen. Ze moeten daarvoor een plan indienen bij Verburg. Als blijkt dat het plan niet van de grond komt of onvoldoende werkt, gaat de palingvisserij alsnog voor twee maanden op slot.
De Combinatie van Beroepsvissers juicht niet over de aanpassingen. Het zit de palingvissers dwars dat er nu toch een maand niets gevangen mag worden. „En dan uitgerekend in oktober. Dat is echt de topmaand waarin de meeste schieraal wordt gevangen. Het zou de vissers weleens 30 tot 40 procent van hun jaarinkomen kunnen schelen”, stelt de zegsman van de Combinatie van Beroepsvissers.
Het geld dat Verburg daar tegenover stelt, compenseert volgens hem „nooit de inkomsten van de topmaand oktober”. De vissers bestrijden niet dat er wat moet gebeuren om de paling er bovenop te helpen. „Maar de cijfers die dit herstelplan onderbouwen, zijn niet goed. Doe dat huiswerk over en kijk pas dan verder. Als er hardere cijfers zijn, kun je altijd nog kijken of en hoe de visserij zou moeten veranderen”.