G-20 bundelt krachten
De G-20-landen hebben een „grote eensgezindheid” en een „gevoel van urgentie over de koers die moet worden gevaren” om de economische crisis te bestrijden.
Dat zei staatssecretaris De Jager van Financiën zaterdag na afloop van de tweedaagse bijeenkomst van ministers van Financiën van de G-20.Nederland schaart zich volgens hem volledig achter de verklaring waarin de ministers een samenhangende aanpak beloven om de economische groei te herstellen.
De landen zeggen ervoor te zorgen dat de kredietverstrekking door banken weer op gang komt en dat ze alle vormen van protectionisme zullen bestrijden. Ook komen ze onder meer met stimuleringsmaatregelen voor economische groei.
De verschillende punten zullen concreet worden ingevuld tijdens de G-20-top die op 2 april in Londen wordt gehouden. De bijeenkomst zaterdag was een voorbereiding daarop.
Nederland heeft zich daarbij vooral sterk gemaakt voor een betere coördinatie van het toezicht op de financiële sector, binnen Europa maar ook tussen de verschillende wereldregio’s.
Volgens De Jager is dit een belangrijk punt voor Nederland, omdat het land een relatief grote financiële sector heeft. „Er is op dit moment een vertrouwenscrisis en het is heel belangrijk dat het vertrouwen in de financiële sector wordt hersteld door een beter en gecoördineerd toezicht”, zei hij.
De Jager stelde verder dat er een nieuwe integriteit moet worden opgebouwd en dat daar ook bonusstructuren onder vallen. Enkele landen toonden volgens hem interesse voor het plan van de Nederlandse regering om de financiële toezichthouder de risico’s van bonusstructuren te laten meewegen in het toezicht, waarbij banken dan eventueel gedwongen kunnen worden om meer kapitaalreserves aan te houden.
De ministers werden het er zaterdag verder over eens dat er meer geld naar het Internationaal Monetair Fonds (IMF) moet, zo liet de Britse minister van Financiën, Alistair Darling, weten. De ministers maakten echter geen concreet bedrag bekend.
Het IMF ziet beschikbare kredieten snel slinken door de economische malaise. De hoogte van de kredietcapaciteit leidde afgelopen week al tot discussies. De Verenigde Staten wil dat het IMF 750 miljard dollar (580 miljard euro) tot zijn beschikking krijgt, terwijl Europese leiders niet verder willen gaan dan 500 miljard dollar (390 miljard euro).
Over een nieuw economisch stimuleringsplan konden de bewindslieden het niet eens worden. Waarnemers omschreven het resultaat van het overleg als ”veel woorden, weinig daden”. Wel belooft de G-20 een „onafgebroken inspanning” om de wereldeconomie uit het slop te trekken. In een verklaring na afloop beloven de landen alle vormen van protectionisme te bestrijden. Ook willen ze de banken zover krijgen dat ze weer geld uitlenen.
Verder komt er meer regulering voor kredietbeoordelaars zoals Moody’s en S&P. De bedrijven staan sinds het ontstaan van de kredietcrisis bloot aan kritiek. Zij zouden riskante producten te hoog hebben ingeschat en daardoor de hypotheek- en kredietcrisis hebben bevorderd.
Wereldbankpresident Zoellick waarschuwde er vrijdag voor dat de G-20-landen het hoofd koel moeten houden, „praktische oplossingen” bedenken en niet overgaan tot het nemen van protectionistische maatregelen.