„Jongere wil luisteren naar bewogen opvoeder”
„Hoe meer de zorg om onze jeugd wordt gevoeld, hoe meer de jeugd zal luisteren naar wat de kerk te zeggen heeft. Het is mijn diepe overtuiging dat jongeren willen luisteren naar echte bezieling.”
Ds. A. Schreuder zei dat donderdagmorgen in Vianen tijdens het congres ”Identiteit en onderwijs; bezieling en/of verzuiling?”, georganiseerd door de SGP, het Reformatorisch Dagblad en het reformatorisch onderwijs.Volgens de predikant van de gereformeerde gemeente van Rijssen-Zuid moet de kerk zich de problematiek van de jeugd eigen maken zonder het heft van de overdracht uit handen te geven. „Jongeren moeten voelen dat het ons alles waard is om iets over te dragen wat van grote betekenis is voor hun leven hier op aarde, maar ook voor het leven na dit leven. Is niet de nood van veel opvoeders dat ze net als hun kinderen meegenomen worden in de stroom van de tijd en nauwelijks door andere dingen bezield worden dan het hier en nu?
Aan de andere kant hebben opvoeders soms de neiging om te vluchten in het verleden. Dan missen we de bezieling om wat vanuit het verleden aanspreekt, nu praktisch te maken in het leven van alledag.”
De overdracht wordt volgens ds. Schreuder gehinderd door de grote verdeeldheid in de achterban van de scholen over wat hoofd- en bijzaken zijn.
Niet de ontzuiling, maar de ontzieling is de grootste bedreiging is voor identiteitsgebonden maatschappelijke organisaties, zei prof. dr. W. B. H. J. van de Donk, voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). Herzuiling vindt Van de Donk niet de aangewezen weg voor het Nederlandse onderwijs. „Scholen vormen onderdeel van een netwerk waarin niet alleen gezin en kerk, maar ook samenleving, economie en overheid een rol spelen.”
Omdat die netwerken in de huidige communicatiemaatschappij niet zo gesloten en overzichtelijk zijn als de oude zuilen, is een heldere identiteit voor een school volgens Van de Donk van groot belang. „Als je niet weet waar je vandaan komt en waar je heen wilt, zullen andere partijen dat voor je gaan bepalen. Met name het ministerie van Onderwijs is een meester in het ontzielen. De overheid richt zich te veel op kwaliteit die ze denkt te kunnen meten, terwijl voor ons onderwijsbestel juist cruciaal is dat we zeer verschillende opvattingen over het leven koesteren.”
Drs. F. A. van Hartingsveldt, bestuursvoorzitter van de Jacobus Fruytier Scholengemeenschap in Apeldoorn, pleitte ervoor om bij alle zorg over het behoud van de reformatorische zuil de geestelijke, innerlijke kant voorop te blijven stellen. „Als de zuil een doel op zich wordt, ontstaan zo gauw superioriteitsdenken, krampachtigheid en onderlinge wrijving.
De vorming van de zuil is niet verkeerd, maar wel als het een instituut zonder God is, gericht op het comfort van onszelf en los van de medemens.”
Van Hartingsveldt wees op de beweegredenen van de stichters van de bijzondere scholen. „Zij wilden onderwijs dat recht deed aan de bijbelse uitgangspunten van hun leven en ze wilden tijd om kinderen zich dat eigen te laten maken: kinderen eerst laten wortelen in een bijbelse manier van denken en leven alvorens ze de maatschappij ingaan. Opvallend is dat hersenonderzoek van de laatste jaren die laatste reden bevestigt. Er is tijd nodig om een volwassen persoon te worden met waarden en normen én een meer of minder uitgebalanceerde persoonlijkheid.”
Lees hier de lezing van ds. A. Schreuder
Lees hier de lezing van drs. F. A. van Hartingsveldt