Het besluit van Coca-Cola, een symbool voor de Amerikaanse cultuur, is weinig minder dan een revolutie. Het geven van prognoses voor de winst per aandeel voor een kwartaal of een jaar is in de Verenigde Staten uitgegroeid tot een pseudo-religie. De laatste tijd komen steeds meer bedrijven ook nog eens met een tussentijdse aanpassing, een zogenoemde ”trading update”.

Beleggers en beursanalisten kijken met argusogen naar de prognoses. Als de uiteindelijke resultaten van een bedrijf daar ook maar een beetje van afwijken, kan de beurskoers scherp reageren. Bij de boekhoudschandalen in de VS is gebleken dat zoiets bedrijven ertoe kan brengen te knoeien met de cijfers, om maar niet uit de gunst te raken op de beurs.

Het besluit van Coca-Cola steunt critici die vinden dat Amerikaanse ondernemingen zich veel te sterk richten op de korte termijn. Het concern noemde gisteren als motief ook de onvoorspelbaarheid van de internationale sociale, politieke en economische ontwikkelingen, alsmede de sterke fluctuaties van de waarde van zijn pensioenfonds en optieprogramma.

Coca-Cola is het eerste bedrijf in de Dow Jones-index van de beurs in New York dat stopt met winstprognoses. Het was gisteren aanvankelijk de grootste verliezer onder de dertig Dow-fondsen met een koersdaling van 3 procent, maar stond na enkele uren handel licht in de plus.