Opinie

Darwinjaar (V)

In het huidige debat (zie RD 12-2 e.a.) bij dezen een summier pleidooi voor een scheppingsopvatting volgens Genesis 1. De hoogontwikkelde moderne wetenschap, gebaseerd op de laatst gevonden waarneembare feiten, denkt aan miljoenen jaren (de eindige mens kan echter de begrippen eeuwigheid, almacht e.d. nooit bevatten).

17 February 2009 15:10Gewijzigd op 14 November 2020 07:19

Enkele onbegrijpelijke feiten, feiten die er toch zijn: 1) Hoeveel ‘tijd’ was er vóór het ontstaan van het heelal… een eeuwigheid; evenzo voor de ‘tijd’ na het heden… een eeuwigheid. Jes. 9:5 spreekt over „Vader der eeuwigheid.” 2) De afstand van de aarde tot de dichtstbijzijnde ster is vier lichtjaren; d.w.z. vier jaren met het licht meereizen met 300.000 km/sec; of ruim 4 miljoen jaren met een vliegtuig…! Bij verder vliegen: nog groter, oneindig groot. Anderzijds: 1 gram koper bevat meer dan een miljard maal miljard atomen; 1 atoom koper bevat onder andere 29 elektronen en een kern; nog kleiner… oneindig klein. 3) Wie heeft de ontzaglijke massa’s van aarde, zon, maan en ontelbare sterren in het (vrijwel) luchtledig onwankelbaar gegrondvest? (Ps. 104:5). De afstand van de aarde tot de zon is 150 miljoen km; bij 15 miljoen km is de hitte ondraaglijk. 4) Wie heeft de „stofjes der wereld” gemaakt (Spr. 8:26)? En deze „stofjes” op een volkomen onnavolgbare wijze „opgebouwd”, tot atomen, moleculen; tot lucht, water enz.? Wie heeft de geringe hoeveelheid lucht (met 20 procent zuurstof) juist naar de aarde (een ministipje in het heelal) gedirigeerd? Advies: lees aandachtig Job 38:5. Wie heeft de uiterst mysterieuze, onweerstaanbare aantrekkingskracht verwekt? De aarde houdt daardoor (in juiste grootte!) de mensen, lucht, water, elektronen en zo voort ‘vast’. De zon houdt (in grote kracht) de nog altijd uiterst vurige zonmassa ‘vast’. Als deze krachten wegvallen, wat gebeurt er dan? En wie ‘repareert’ dat?
Hier past alleen nog verwondering en aanbidding. Wie heeft het eerste én het laatste woord? God (de Almachtige, Schepper van hemel en aarde), of de moderne wetenschap (‘de oude Adam’)? Soli Deo Gloria.J. van Gemerden
Raadhuisplein 35
2951 GS Alblasserdam

Mozaïek (II)
Er wordt in deze tijd veel geschreven over schepping en evolutie. Wat mij verontrust, is dat broeders elkaar hierbij bestrijden. En, helaas, het gebeurt regelmatig met te grote woorden en slagen die de plank missen. Laten we juist nu naar elkaar luisteren en voorzichtig zijn in ons spreken.

B. Holleman
Aleijd van Puttenstraat 7
3243 BA Stad aan ’t Haringvliet

Mozaïek (III)
Om betrouwbaar Schriftgeloof te verdedigen in de affaire-Knevel/Ouweneel is het wel zaak de dingen goed te lezen, zoals ze letterlijk in de Bijbel staan.
Zo staat er in ”Het is echt kiezen tussen God of Darwin” (RD 14-2) een fout. Per definitie heeft er geen ezel gesproken, hoewel dat daar beweerd wordt. Wie Num. 22:28 leest, ontdekt dat het een ezelin was. Goed lezen is belangrijk. Dat geldt ook voor het optellen van de jaren in Gen. 5 en Gen. 11, wat als betrouwbaarheid zou dienen om te komen tot de nu 6000 jaar (zelfde artikel). Maar dit criterium gaat niet op. En daarmee doe ik geen geweld aan de betrouwbaarheid van de Schrift, omdat we Schrift met Schrift dienen te vergelijken.
Vergelijking van bijvoorbeeld Gen. 11:12 met Luk. 3:35-36 maakt duidelijk waarom: Als we Gen. 11:12 lezen, trekken we de conclusie dat Arfachsad 35 was toe Selah geboren werd. Maar als we Luk. 3:36 opslaan, blijkt dat tóén zijn vader werd geboren, met de naam Kenan (Grieks: Kainan); en deze Kenan gewon (zie kantt. 29) op zijn beurt Selah (Grieks: Sala) (Luk. 3:35). Duidelijk dat we dan extra jaren in moeten lassen. Mogelijk dat de Heilige Geest hiermee vermaant om niet onbedoeld geslachtsrekeningen te maken.
Petrus zegt niet hoe lang geleden, maar: „van over lang” (2 Petr. 3:5). Vers 8 laten we in de huidige discussie maar buiten beschouwing (één dag als duizend jaren, en duizend jaren als één dag), mogelijk dat de Heere in een rustiger tijd ons daar licht over geeft.
Nu past ons enkel bescheidenheid.
Er zijn meer Bijbelteksten die bijna altijd verkeerd geciteerd worden, in preken of in een ander verband. Eén voorbeeld slechts: Joh. 5:25 moet niet gelezen worden als: „doden zullen horen de stem des Zoons Gods”, want in werkelijkheid staat er: „dé doden zullen horen…”
Dit alles schrijf ik alleen om ons alert te doen zijn als het gaat om Schriftgebruik.

P. J. Milhous
Burg. Heijsingel 3
3925 LR Scherpenzeel

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer