Maandag begint het monsterproces inhoudelijk. Elf vedachten – tien mannen en één vrouw – moeten zich verantwoorden voor hun veronderstelde betrokkenheid bij één of meerdere liquidaties dan wel voorbereidingen voor moordaanslagen. De megazaak vloeit voort uit een jarenlang onderzoek van politie en justitie, waarin de verklaringen van kroongetuige Giuseppe ’Peter’ la S. de rode draad vormen.De 40–jarige Jesse R. is aan de kant van de vermoedelijke daders de verbindende factor in al deze zaken. Hij zit momenteel vast in de extra beveiligde gevangenis (EBI) in Vught. In de EBI zitten gedetineerden die extreem vluchtgevaarlijk zijn en van wie wordt aangenomen dat de kans groot is dat zij bij ontvluchting opnieuw toeslaan.

La S., zelf jarenlang actief in kringen van de echte zware jongens, sloot een overeenkomst met justitie. In het kader daarvan legde de spijtoptant verklaringen af over ettelijke criminele afrekeningen en de daarbij behorende verdachten. Daarbij kwam naar voren dat aan de kant van de vermoedelijke daders de 40–jarige Jesse R. de verbindende factor in al deze zaken zou zijn. Volgens het openbaar ministerie (OM) was hij actief betrokken bij het arrangeren van de liquidatie van kroegbaas Thomas van der Bijl (2006). Jesse haalde zelf de trekker over bij de moord op de vastgoedhandelaar Kees Houtman (2005), zegt La S., die daarbij aanwezig was en zijn maatje voorzag van dekkingsvuur.

Ook de twee Joegoslaven, Samir Hadziselimovic en Djordje Ilic, zouden door Jesse zijn doodgeschoten, waarbij hij werd geassisteerd door Raymond V. en Mohamed ’Moppie’ R. Dat gebeurde in 1993. Hetzelfde geldt voor Tonnie van Maurik: ook hij zou door toedoen van Jesse en Moppie in 1993 het leven hebben gelaten. De moord datzelfde jaar op Heni Shamel en zijn vriendin in Antwerpen zou dit tweetal ’slechts’ hebben begeleid, het daadwerkelijke schieten werd ditmaal aan anderen overgelaten.