Binnenland

„Geef besnijdenis meisje sneller aan”

Hulpverleners en slachtoffers van vrouwenbesnijdenis moeten sneller en vaker aangifte doen, vinden staatssecretaris Bussemaker van Volksgezondheid en minister Rouvoet voor Jeugd en Gezin.

Redactie politiek
6 February 2009 23:27Gewijzigd op 14 November 2020 07:15

In een brief aan de Tweede Kamer schrijven zij dat tussen de zomer van 2007 en het voorjaar van 2008 bij de meldpunten voor kindermishandeling en de kinderbescherming 44 meldingen binnenkwamen over meisjes die het risico liepen besneden te worden of waren besneden. Bussemaker vreest dat die 44 meldingen „slechts het topje van de ijsberg” zijn.In geen van deze gevallen werd daadwerkelijk aangifte gedaan. Om genitale verminking van meisjes beter te bestrijden, zouden hulpverleners en slachtoffers dat wel moeten doen, vinden de bewindslieden. Aan de melding moet een „adequate opvolging worden gegeven.” Daarbij moeten kinderbeschermingsmaatregelen, zoals ondertoezichtstelling, nadrukkelijk in beeld zijn.

Om de aangiftebereidheid te vergroten, is bij de meldpunten voor kindermishandeling en bij de Raad voor de Kinderbescherming meer kennis nodig over meisjesbesnijdenis. Daarom wil Bussemaker dat er in de opleiding van medewerkers meer aandacht komt voor de verminking van geslachtsorganen van vrouwen. Het gaat de bewindsvrouw vooral om kennis over landen waar meisjesbesnijdenis voorkomt, over de verschillende vormen van besnijdenis, over de leeftijd waarop het gebeurt en de strafbaarheid ervan.

Om het gebrek aan kennis verder te verminderen, krijgt het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) speciale medewerkers die bekijken of meisjes het gevaar lopen verminkt te worden. Bussemaker kondigde eerder ook al aan dat ze de invoering van een zogeheten ”medisch certificaat” overweegt.

Dat houdt in dat ouders op vrijwillige basis in een contract verklaren dat zij hun dochter niet zullen laten besnijden in het land van herkomst. In landen als Eritrea, Sudan, Somalië en Ethiopië komt de verminking veel voor. Als blijkt dat dochters ondanks het contract toch besneden zijn in het land van herkomst, volgt vervolging en mogelijk een celstraf.

Voor aangiftes is overigens geen bewijs nodig, maar slechts een ernstig vermoeden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer