„SoWapparaat mist missie en opdracht”
De aangekondigde omvangrijke bezuiniging bij de SoW–kerken laat zien dat de voorgenomen kerkfusie van hervormden, gereformeerden en lutheranen „spaak loopt.” Zich nog verder inspannen voor het SoW–proces is „trekken aan een dood paard”, zei de lutherse predikant dr. H. Donga gisteren.
Ds. Donga, voorzitter van de lutherse predikantsopleiding, sprak voor het IKON–radioprogramma ”De andere wereld”. Aanleiding voor zijn uitspraken was het bericht eind vorige week dat de SoW–kerken komend jaar 150 van de 500 arbeidsplaatsen bij het Landelijk Dienstencentrum (LDC) in Utrecht en de negen Regionale Dienstencentra (RDC’s) zullen schrappen. Daarbij zal een nog onbekend aantal gedwongen ontslagen vallen.
Ds. Donga vreest dat vooral de noodzakelijke bezinning op de vernieuwing van de kerk door de bezuinigingen getroffen zal worden. „Als we nog op iets vernieuwends mochten hopen, dan is dat nu toch wel de grond in geboord.”
Ds. Donga noemde het landelijke en het regionale apparaat van de drie kerken „een organisatie zonder missie en opdracht.” Het heeft volgens hem gefaald in zijn taak om de plaatselijke kerken een richting voor de toekomst aan te geven. Daardoor is bij veel mensen het gevoel ontstaan „dat men met iets bezig is waar geen toekomst meer in zit”, aldus de Amsterdamse predikant. „Men heeft een enorme tent opgezet, maar er te weinig over gedacht wat men met die tent moest.”
Hoop opgegeven
Het SoW–proces duurt nu al zo lang dat veel mensen de hoop hebben opgegeven dat het nog tot iets leidt, zei ds. Donga. Hij sprak van een „totale verzanding” van de kerkfusie. „Er is niets inspirerends meer aan, je beleeft er geen vreugde meer aan.”
Ds. Donga zag onlangs het SoW–proces in Amsterdam mislukken. Onder leiding van Donga zegden de lutheranen in de hoofdstad vooral uit frustratie over de houding van de hervormden de samenwerking op stedelijk niveau met de twee fusiepartners op.
Gevolgen
De gereformeerde synodevoorzitter ds. J. W. Doff, voorzitter van de Stuurgroep Ombuigingen van de SoW–kerken, vindt dat ds. Donga te vergaande conclusies uit de bezuinigingen trekt. „Natuurlijk heeft het gevolgen dat we in het LDC en in de regio’s met minder mensen de toekomst ingaan, maar het betekent absoluut niet dat we hierdoor opeens aan het einde van het SoW–proces gekomen zouden zijn.”
Een belangrijke oorzaak voor het ontslag bij het LDC en de RDC’s zijn de sterk stijgende loonkosten bij vrijwel gelijkblijvende inkomsten. De bezuinigingen komen naar voren in een nota die de triosynode wordt aangeboden. De triosynode zal op 23 november over de voorstellen oordelen. De SoW–kerken hebben te maken met een tekort op de begroting voor het jaar 2002 van 6,7 miljoen gulden. Dit tekort zal in vijf jaar tijd verder oplopen naar 16,5 miljoen gulden.