Tegelijkertijd is duidelijk dat kinderen steeds jonger vertrouwd raken met de computer. Vorig jaar bleek al uit een grootschalig onderzoek dat van de 8- tot 12-jarigen 99 procent computergames speelt, zo’n tien uur per week, en het vandaag gepresenteerde rapport van de stichting Mijn Kind Online bevestigt dat. Ook jongere kinderen storten zich massaal op de internetspelletjes.Terecht legt de stichting in het rapport de vinger bij het toenemende aantal gewelddadige en schadelijke spelletjes dat op internet te vinden is. Op verzamelsites als spele.nl staan vele honderden spellen, maar een deel daarvan is naar de maatstaven van Mijn Kind Online niet geschikt voor deze jonge doelgroep. Een van de spellen die de stichting noemt, begint met de welkomstboodschap: „Welkom in de hel.” In een ander spel moeten de kinderen poppetjes neermaaien totdat er een grote stapel lichamen ontstaat. Winnaar is degene die de hoogste bult heeft.

Volgens het onderzoek is een op de acht kinderen wel eens met dit soort spellen geconfronteerd. Weliswaar verschillen wetenschappers nog steeds over de vraag hoe schadelijk geweld precies is voor kinderen en jongeren, maar het hoeft nauwelijks betoog dat dit soort spellen op een kindersite ongewenst is. Zulke ervaringen, juist in deze leeftijdscategorie, zullen in elk geval voor een deel van deze kinderen traumatisch zijn.

Inmiddels heeft de ervaring wel geleerd dat een verbod op gewelddadige computerspellen heel moeilijk te bereiken is. Een van de oplossingen die Mijn Kind Online suggereert, is om er een leeftijdsaanduiding aan te koppelen, waaruit blijkt dat deze spellen alleen geschikt zijn voor jongeren boven de 16 jaar. Dat is echter geen verstandig advies. Vorig jaar berichtten onderzoekers van de Vrije Universiteit dat zo’n aanduiding juist averechts werkt. Weliswaar zal een label 16+ een deel van de spelers afschrikken, maar tegelijkertijd functioneert het min of meer als reclame voor kinderen die wat meer spanning zoeken. Het consequent labelen van de spellen met een leeftijdsaanduiding zou wél kunnen werken als het gekoppeld wordt aan een andere maatregel: een verbod voor kindersites om zulke spellen te plaatsen.

Daarnaast benadrukt Mijn Kind Online het belang van het gesprek tussen ouders en kinderen. Terecht. Sommige ouders weten nauwelijks wat hun kinderen op de computer doen. Ze moeten hen een kritische weerstand aanleren tegen spelletjes met doodskoppen, geweld en grove taal. Gewenning ligt hier op de loer, terwijl er zowel pedagogische als Bijbelse redenen zijn om dit soort spellen categorisch af te wijzen.