Rebellenleider Nkunda opgepakt in Congo
Een Congolese bendeleider die stelt voor Tutsi’s in het oosten van de Democratische Republiek Congo te vechten, Laurent Nkunda, is opgepakt. Congolese en Rwandese militairen meldden vrijdag vanuit hun gezamenlijke hoofdkwartier dat Nkunda donderdagavond op Rwandees grondgebied is gearresteerd.
Nkunda werd opgepakt nadat hij vanuit Congo de grens was overgestoken om te vluchten, staat in een verklaring. Het Congolese en Rwandese leger voerden de afgelopen dagen een offensief om de rust in het grensgebied te herstellen. Donderdagavond bereikten ze Bunangana in Oost–Congo. Daar is het hoofdkwartier gevestigd van de CNDP, de rebellenbeweging van Nkunda.De in Oost–Congo geboren Nkunda was eerder guerrillastrijder in de Tutsi–beweging die in 1994 in Rwanda aan de macht kwam. Hij werd later generaal in zijn geboorteland maar hij accepteerde geen bevelen uit Kinshasa.
Sinds hij 2004 verzamelde hij gewapende strijders om zich heen die hij het Nationale Congres voor de Verdediging van het Volk (CNDP) heeft gedoopt. Nkunda en zijn Tutsi–rebellen veroverden enkele maanden geleden grote delen van Oost– Congo en zaaien dood en verderf in de regio. Zeker een kwart miljoen mensen sloegen op de vlucht.
In het grensgebied van Congo en Rwanda wordt al jaren gevochten door onder meer regeringsmilitairen, Hutu–rebellen en Tutsi–rebellen. Tijdens het offensief van de afgelopen dagen richtten het Rwandese en Congolese leger zich ook op Nkunda’s tegenstanders, de Hutu–milities in de regio die strijden onder de naam Democratische Strijdkrachten voor de Bevrijding van Rwanda (FDLR).
De FDLR bestaat vooral uit de Hutu’s die bijna vijftien jaar geleden na de val van de Hutu–regering in Rwanda en na pogingen Rwandese Tutsi’s uit te roeien, vanuit Rwanda naar Congo vluchtten.
Nkunda: de onruststoker van Oost–Congo
De Tutsi Laurent Nkunda (41) en zijn rebellen vochten jaren in het oosten van de Democratische Republiek Congo (RDC) tegen de troepen van de centrale regering in Kinshasa. Begin januari staken geruchten de kop op dat Nkunda was afgezet als leider van de rebellen „wegens slecht leidinggeven”. Donderdagavond werd hij opgepakt tijdens een gezamenlijke legeroperatie van Rwanda en Congo.
Nkunda werd in februari 1967 geboren in de Oost–Congolese provincie Noord–Kivu. Net als veel andere Congolese Tutsi’s begon hij zijn militaire carrière in het Rwandees Patriottisch Front (FPR), dat in 1994 de macht greep in buurland Rwanda tijdens de genocide op honderdduizenden Tutsi’s.
Na twee jaar in het Rwandese leger sloot Nkunda zich aan bij rebellen in Zaïre, de huidige RDC. Onder leiding van Laurent–Désiré Kabila en met militaire steun van Rwanda en Angola verdreven die rebellen in 1997 de Zaïrese dictator Mobutu Sese Seko.
Kabila werd president en gaf de RDC haar huidige naam. In 1998 kwam het tot een breuk tussen Kabila en zijn voormalige bondgenoot Rwanda. Nkunda werd een van de commandanten van de opstandige Congolese Beweging voor Democratie (RCD) die in het oosten van Congo met Rwandese steun vocht tegen de regering in Kinshasa.
De oorlog waarbij tal van buurlanden betrokken raakten, zou van 1998 tot 2003 aan meer dan vijf miljoen Congolezen het leven kosten. Na het vredesakkoord van 2003 ging de RCD deel uitmaken van de regering van nationale eenheid in Kinshasa; Nkunda kreeg promotie tot generaal.
Maar in juni 2004 stak de rebel in Nkunda al weer de kop op. Zijn mannen bezetten korte tijd Bukavu, de hoofdstad van de provincie Zuid–Kivu. Nkunda zei dat hij andere Tutsi’s moest beschermen. Die werden bedreigd door Rwandese Hutu–milities die na de machtsgreep van de Tutsi’s in Rwanda de grens waren overgestoken. In 2005 vaardigde Congo een arrestatiebevel wegens oorlogsmisdaden uit tegen de inmiddels ex–generaal Nkunda.
De gevechten in het oosten van Congo bleven de volgende jaren voortduren. In januari sloot Nkunda vrede, maar in augustus brak het geweld weer los. Een kwart miljoen mensen moest vluchten voor het geweld. „Ik heb er niet voor gekozen oorlog te voeren. Eindelijk wilde ik verpleger worden, maar ik moest antwoorden op het hulpgeroep van de bedreigde bevolking”, aldus Nkunda.