Limburgs volkslied 100 jaar
Provincies hebben hun eigen volkslied. Maar die zijn nauwelijks bekend, zelfs niet bij de eigen inwoners. Een uitzondering is het Limburgs volkslied. ’Waar in ’t bronsgroen eikenhout’ is een evergreen, die veel mensen op zijn minst gedeeltelijk kunnen meezingen.
Het Limburgse volkslied is volgende week zaterdag precies 100 jaar oud. Het Koninklijk Roermonds Mannenkoor voerde het op 31 januari 1909 voor het eerst uit, zo staat in een jubileumboek dat wegens de honderdste verjaardag van het lied is verschenen. Bij het boek is een cd uitgebracht met uiteenlopende uitvoeringen van het statige lied.Waar in ’t bronsgroen eikenhout is geschreven door tekstdichter Gerard Krekelberg en op muziek gezet door componist Henri Tijssen. Krekelberg zong in het Roermonds Mannenkoor en Tijssen was dirigent. Beiden maakten het lied ter ere van de oprichting van de Vereeniging tot bevordering van den volkszang in Limburg. Dertig jaar later werd de hymne zowel voor Belgisch als voor Nederlands Limburg het officiële volkslied.
Op de cd staan allerlei versies van het bronsgroene eikenhout. De klassieke mannenkooruitvoering wordt afgewisseld met een hardrocknummer. Rappers en carnavallisten bezingen het zingende nachtegaaltje.
Het eerste couplet luidt als volgt:
Waar in 't bronsgroen eikenhout,
't nachtegaaltje zingt;
Over 't malsche korenveld
't lied des leeuwriks klinkt;
Waar de hoorn des herders schalt
langs der beekjes boord:Daar is mijn Vaderland,
Limburgs dierbaar oord! (bis)