Opnieuw kort geding rond cgk Zeewolde
Mr. P. J. den Boef, advocaat van de christelijke gereformeerde predikant H. R. H. A. de Boer uit Zeewolde, spant opnieuw een kort geding aan inzake de kwestie Zeewolde. Hij vraagt de rechtbank in Zwolle de christelijke gereformeerde kerkenraad van Zeewolde op te dragen het volledige traktement van de predikant en alle vergoedingen te blijven uitbetalen.
De kerkenraad heeft volgens hem zonder overleg met zijn cliënt besloten met ingang van oktober de predikant te korten op diens traktement.
De kerkenraad nam dit besluit, aldus de tijdelijke kerkenraadspreses ds. H. D. Rietveld uit Nijkerk, „omdat de predikant zich al lang geleden heeft ziek gemeld. Wij menen dat ds. De Boer voor een ziekte-uitkering in het kader van de WAZ in aanmerking komt. Daarom hebben wij zijn traktement volgens die richtlijn verlaagd.”
De grief van advocaat Den Boef is dat zijn cliënt „nog geen jaar ziek is, zich tussentijds beter meldde, maar hem is sinds 6 februari 2002 door de classis verzocht geen ambtelijke werkzaamheden te verrichten. Bovendien is zonder overleg en met terugwerkende kracht op het traktement gekort en verder is, zonder een gesprek vooraf, meegedeeld dat de gebruikelijke vergoedingen per 1 januari volgend jaar niet meer zullen worden uitgekeerd.”
Den Boef stelde de advocaat van de classis Amersfoort en van de Zeewoldese kerkenraad, mr. P. T. Pel, een ultimatum tot gistermiddag, met als eis dat de kerkenraad het besluit terugdraait. Na het ultimatum had advocaat Pel nog niet gereageerd. Desgevraagd deelde Pel deze krant mee nog geen stukken te hebben kunnen inzien. Daarom wilde hij nog niet inhoudelijk reageren.
Mr. Den Boef zal ook om een spoedinterventie van de classis Amersfoort vragen. Die vergadert op 11 december. De advocaat benadrukt liever de kerkelijke weg te bewandelen. „Als de classis het kerkenraadsbesluit terugdraait, zullen we het kort geding intrekken.”
De problematiek rond de Zeewoldese predikant en zijn kerkenraad speelt vanaf februari 2001. De predikant werd in oktober vorig jaar door de classis tijdelijk van zijn ambtelijke werkzaamheden ontheven. Daarop spande hij een kort geding aan. Hij werd toen in het gelijk gesteld. Op verzoek van de classis zag hij echter, tot op vandaag, af van ambtelijke werkzaamheden.