„Geen ontmanteling Antillen”
Premier Balkenende en staatssecretaris Bijleveld (Koninkrijksrelaties) wonen vandaag op Curaçao een belangrijke vergadering bij over de ontmanteling van de Nederlandse Antillen.
Vijf vragen aan de staatssecretaris over het belang van de zogenoemde Ronde Tafel Conferentie.Betekent deze bijeenkomst de definitieve ontmanteling van de Antillen?
„Nee. We luiden het begin van het einde van de Nederlandse Antillen in. We zijn bezig met het maken van twee nieuwe landen: Curaçao en Sint Maarten. Daarnaast worden Bonaire, Sint Eustatius en Saba bijzondere gemeenten van Nederland. Dat staat centraal op de conferentie. We ronden vandaag de bouwtekening voor deze veranderingen af.”
Kunt u aangeven hoe lang het nog duurt voordat de Antillen worden opgeheven?
„Dat is moeilijk te zeggen. Eerst moet alle wetgeving op orde zijn, zowel in Nederland als op de Antillen. En we moeten ervoor zorgen dat alles in de praktijk goed functioneert. Op de Antillen spreken ze over een periode van een jaar. Ik denk zelf dat het nog wel een paar jaar zal duren.”
Wat zullen uiteindelijk de kosten zijn van deze vernieuwing?
„Nederland heeft gezegd dat de twee nieuwe landen Curaçao en Sint Maarten een gezonde startpositie moeten hebben. Dat betekent dat we hun schulden voor 1,7 miljard euro gaan saneren. De opbouw van drie nieuwe gemeenten kost niet zo ontzettend veel geld. Het worden relatief kleine gemeenten.”
Hoe profiteren de bewoners van de Nederlandse Antillen hiervan?
„Ze gaan merken dat er een fatsoenlijke rechtshandhaving komt. Ook krijgen ze goed financieel toezicht, want we gooien ons geld niet in een bodemloze put. Dat betekent dat er een degelijk begrotingsbeleid komt op de eilanden, waardoor ze kunnen investeren in zaken voor de burgers. Dan denk ik aan beter onderwijs, goede gezondheidszorg en sociale zekerheid. De drie kleine eilanden zullen dat al vanaf 1 januari merken, want dan neemt Nederland taken over van de Antillen.”
En wat merken wij in Nederland van de veranderingen?
„Dat er drie bijzondere gemeenten bijkomen. Naar ik hoop krijgen we ook minder te maken met de negatieve kanten van Antilliaanse jongeren, omdat we veel meer investeren in onderwijs en rechtshandhaving.”