Opinie

Crisis ondanks uitbreiding

Veel militaire kracht voegen de zeven landen die deze week zijn uitgenodigd voor het lidmaatschap van de NAVO niet toe aan het bondgenootschap. Dat is zonder meer duidelijk. Of hun defensieapparaat stelt niets voor, of het is zwaar verouderd.

22 November 2002 11:57Gewijzigd op 13 November 2020 23:57

De toetreding van deze Oost-Europese landen heeft vooral politieke betekenis. Voor hen bezegelt het de aansluiting bij de westerse wereld. Het lidmaatschap beschouwen zij als een veiligheidsgarantie voor het geval de situatie in dat deel van de wereld aanzienlijk zou verslechteren.

Wie echter terugdenkt aan de oprichtingsjaren van de NAVO, beseft dat hier sprake is van een historische gebeurtenis. Er is geen IJzeren Gordijn meer dat Europa in tweeën verdeelt.

Zeker voor de Baltische staten is dit alles niet minder dan een wonder. Zij konden slechts op een onafhankelijkheid van 22 jaar terugzien, toen zij in 1940 door Stalin geannexeerd werden. Daarmee leken de drie landen voorgoed van de kaart te zijn geveegd.

Hun aanstaande NAVO-lidmaatschap maakt echter duidelijk dat zij zich hebben ontworsteld aan de heerschappij van het Kremlin. Meer dan de vroegere deelrepublieken van de Sovjet-Unie in de Kaukasus en Centraal-Azië.

Een jaar of tien geleden leek het hoogst onwaarschijnlijk dat Moskou, ondanks de val van de Berlijnse Muur, zou accepteren dat delen van de voormalige Sovjet-Unie zich zouden aansluiten bij het westerse bondgenootschap. Op dit moment worden echter nauwelijks protesten uit Moskou gehoord.

Toch moeten we er rekening mee houden dat ook in dit opzicht een keer de grens bereikt is. Toetreding van Oekraïne of van een of meer staten uit de Kaukasus tot de NAVO zou wel eens een te zware wissel kunnen trekken op de lijdzaamheid van de Russische regering.

Een veel groter probleem voor de NAVO is overigens de innerlijke samenhang van de lidstaten. Er was altijd al een onevenwichtigheid tussen de VS en de kleinere bondgenoten. Maar ten tijde van de Koude Oorlog was duidelijk dat men elkaar bitter nodig had. Voor Amerika was het beslist onaanvaardbaar dat West-Europa binnen de invloedssfeer van het Kremlin zou komen en voor West-Europa gold dat het voor zijn defensie zonder meer afhankelijk was van de VS.

Thans is Amerika als enige supermacht overgebleven. Voor Washington komen de bedreigingen niet meer uit Moskou maar uit het Midden-Oosten. De offensieve strategie waarvoor de Amerikanen gekozen hebben, wordt echter door lang niet alle NAVO-bondgenoten gesteund. Weliswaar wist men in Praag tot een gemeenschappelijke verklaring te komen inzake Irak, maar dat was vooral omdat men op die feestelijke bijeenkomst de verdeeldheid niet wilde etaleren.

Tegenover Groot-Brittannië, dat de politiek van Bush steunt, staan Duitsland en Frankrijk, die een andere lijn voorstaan. De Nederlandse regering heeft in principe toegezegd steun te geven aan een Amerikaanse aanval op Irak, maar het kabinet is demissionair en het is de vraag hoe de verhoudingen in de nieuwe Kamer zullen liggen.

Strikt genomen beschouwt Amerika de actie tegen Irak ook niet als een NAVO-operatie. Men wil de touwtjes zelf in handen houden.

Die innerlijke verdeeldheid in het bondgenootschap, de structurele onevenwichtigheid tussen een supermacht en een reeks veel zwakkere bondgenoten, gevoegd bij het functieverlies als gevolg van het wegvallen van de communistische dreiging, maken dat de NAVO niet zoveel reden heeft om de vlag uit te hangen.

Het meer dan vijftig jaar oude bondgenootschap verkeert duidelijk in een identiteitscrisis. Ook al volgt de ene uitbreiding op de andere en staan nieuw aspirant-lidstaten als Kroatië en Albanië voor de deur.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer