„Voorstel Hirsch Ballin behoeft toelichting”
Het kabinet wil wetsartikel 147, dat smalende godslastering verbiedt, schrappen. In ruil daarvoor wordt het direct of indirect beledigen van een groep door krenkende uitlatingen over zijn geloof strafbaar via het aanpassen van artikel 137c. Vijf vragen aan mr. dr. A. J. Nieuwenhuis, jurist van de Universiteit van Amsterdam.
Geruisloos is het kabinetsvoorstel zeker niet ontvangen. Diverse rechtsgeleerden beschouwen de beoogde wijziging als een beperking van de vrijheid van meningsuiting. Kunstenaars vrezen alsnog vervolging voor godslastering, zij het via een omweg. Wilders zou straks niet meer wegkomen door te zeggen: Ik beledig geen moslims, maar slechts bepaalde aspecten van het moslimgeloof.Worden de grenzen inderdaad strakker getrokken?
„Het kan allemaal zijn, ja. Bedenk alleen wel dat uitlatingen die strikt genomen niet over gelovigen gaan, maar over hun godsdienst, nu ook al kunnen worden vervolgd. Ik denk aan een veroordeling, enige tijd geleden, van betogers die een affiche bij zich droegen met de tekst: Stop het gezwel dat islam heet. Het is dus niet zo dat opmerkingen die niet expliciet gericht zijn tegen bepaalde personen nu niet kunnen worden vervolgd.
Wat Wilders betreft, hij is vervolgd omdat hij de Koran de ”Mein Kampf” van de islam noemde. Volgens de burgerlijke rechter was hij echter niet strafbaar, omdat hij met zijn opmerkingen bijdroeg aan het maatschappelijk debat. Na de uitbreiding van 137c kan de strafrechter zo blijven redeneren. Met andere woorden: Al zou de wijziging erop neerkomen dat straks meer uitspraken in beginsel onder de noemer van strafbare belediging vallen, dan blijft staan dat deze uitspraken niet beledigend zijn zo lang ze worden gedaan in het publieke debat.
Daar komt nog bij dat uitspraken waarmee iets wordt gezegd over een hele bevolkingsgroep snel en vaak als bijdrage aan het debat gezien worden. De rechter kan oordelen dat de uitspraak ”het christelijk geloof is een achterlijk geloof” niet beledigend is voor een christen, maar dat het een aansporing is om een geloof aan te nemen dat volgens degene die zo’n uitlating bezigt, beter is.”
De minister heeft ook gezegd dat de strafbaarheid alleen geldt voor degenen die hun actie richten op geweld tegen hele bevolkingsgroepen. Dan kun je het behoorlijk bont maken zonder in juridische zin over de schreef te gaan.
„Het zou kunnen dat de minister dat zei met betrekking tot een beoogde uitbreiding van artikel 137c, namelijk de indirecte of middellijke belediging. Alleen als die gepaard gaat met verstoringen van de openbare orde zou een dergelijke belediging strafbaar kunnen zijn. Concreet: een boekhandelaar die een boek met spotprenten over Maria in zijn schappen legt, is niet strafbaar. Een betoger die provocerend met die prenten gaat rondlopen in een wijk waarin veel katholieken wonen wel. Overigens is dit wat mij betreft echt speculatie. Duidelijke uitspraken hierover heb ik van de minister nog niet gehoord.”
GroenLinks betreurt het dat beledigingen van Karl Marx of een sekteleider straks strafbaar kunnen zijn. Delen binnen de PvdA zijn bezorgd dat een kritische analyse van een godsdienst mensen straks reden kan geven om naar de rechter te stappen. De SP vreest meer procedures als mensen een privémeninkje gaan aanmerken als levensovertuiging. Is die bezorgdheid terecht?
„Ja, zonder meer. Het bijstellen van regels die bepaalde uitlatingen verbieden, moet zorgvuldig gebeuren. De minister zal meer uitleg moeten verschaffen dan hij tot nu toe heeft gedaan.”
Waar artikel 147 is gesneuveld staat het als een Lazarus weer op in 137c, zei D66-Kamerlid Van der Ham.
„Het ligt eraan. In het befaamde ezelarrest uit de strafzaak tegen Gerard Reve oordeelde de Hoge Raad dat godslastering pas is bewezen als justitie kan aantonen dat iemand met zijn uitspraken opzettelijk wilde beledigen. Theo van Gogh daarentegen is ooit veroordeeld voor een uitspraak over het lot van Joden in concentratiekampen omdat hij de door sommige Joden ervaren krenking van hun gevoelens volgens de rechter had kunnen voorzien.
De vraag is dus: Gaat de rechter bij het toepassen van 137c straks de stringente eis uit het ezelarrest overnemen? Of is, zoals in de kwestie-Van Gogh, voorwaardelijke opzet genoeg? In dat laatste geval is een veroordeling eerder mogelijk.”
Is procederen tegen een popster die de kruisdood van Jezus naspeelt kansrijk via de aangepaste versie van artikel 137c?
„Om te beginnen zal dat dus afhangen van de manier waarop de rechter straks omgaat met de opzetvereiste. Daar komt bij dat de minister zondag in Buitenhof verzekerde dat politici, media en cabaretiers niets te vrezen hebben nu het verbod op belediging wordt uitgebreid. Zijn bewoordingen in het Kamerdebat moeten hierover meer duidelijkheid geven. In elk geval is het nu nog veel te vroeg om te zeggen dat bijvoorbeeld de kruisigingsscène van Madonna straks strafbaar zal zijn.”