Eén ding
Dat u eens recht mocht treuren. Smeek daartoe de Heere om Zijn Geest, dat Die u oprecht treurig maakt en u brengt bij het getal van die genoemd worden in Jeremia 50:4: „Wandelende en wenende zullen zij heengaan, en de Heere hun God zoeken.” Het zijn alleen de Godzaligen, die recht treuren en wenen kunnen. Zij moeten zich daarom ook in deze heilige kunst van treuren nog dagelijks oefenen. Het is niet zo dat u zo moet treuren en daardoor al uw blijdschap zou worden uitgeblust. God heeft een beginsel van geestelijke vreugde in uw hart gelegd. Daar is nog wel veel gebrek in, ja, zo veel dat u er over moet treuren. Zolang u niet nalaat te zondigen, moet u ook niet nalaten te treuren. Zucht over al wat in u gebrekkig is en betreur al wat zondig in u is.
Treur over alle zonden, niet alleen over de grove, maar ook over de kleine. Breek door treurigheid de zonde af en blus door overvloedige tranen van oprecht berouw de vonken van uw verdorvenheid uit. Een treurige in Sion zal hier klagen dat hij geen vertroosting vindt in zijn treurigheid. Doch wat is de oorzaak daarvan? Heeft u de armoede van geest niet diep genoeg ingezien? Is uw treuren niet oprecht geweest? Zag u niet genoeg op de Medicijnmeester, om verbonden en genezen te worden? Eén ding is nodig: houd veel aan in het gebed.Johannes Barueth, predikant te Dordrecht (”De predikende en wonderdoende Christus”, 1752)