Ook ontving Europees commissaris voor Externe Betrekkingen Benita Ferrero-Waldner de Wit-Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergeji Martynov. Het was het eerste gesprek op hoog niveau tussen de EU en Wit-Rusland sinds vier jaar.Het reisverbod was onderdeel van sancties die door de EU waren ingesteld als een reactie op de harde aanpak van oppositieleden in Wit-Rusland, waaronder de verdwijning van een aantal van hen. Loekasjenko leidt het land al sinds 1994 met ijzeren hand. Elke oppositie werd in de kiem gesmoord. Recentelijk zijn echter enkele stappen in de richting van hervorming gezet, waarvoor de EU het land nu wil belonen. „We moeten laten zien dat vooruitgang beloond wordt”, zei Ferrero-Waldner. Landen als Polen en Litouwen vinden het bovendien belangrijk om Wit-Rusland los te weken uit de invloedssfeer van grote buur Rusland.

Loekasjenko ligt momenteel overhoop met Rusland over de energieprijzen en wil daarom de relatie met het Westen verbeteren. Onlangs liet Wit-Rusland een aantal gevangen oppositieleden vrij, nadat westerse regeringen daar om gevraagd hadden. Ook mochten oppositieleden meedoen aan de verkiezingen van 28 september. Geen van de zeventig oppositiekandidaten won echter een zetel in het parlement en volgens Europese waarnemers voldeden de verkiezingen niet aan de internationale standaarden.

„Er zijn veranderingen, maar de situatie is nog verre van volmaakt”, verklaarde Alexander Stubb, de Finse minister van Buitenlandse Zaken en huidige voorzitter van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE). Voor het vrijgeven van de bevroren tegoeden van Loekasjenko en diens medewerkers is het daarom nog te vroeg. „Ze moeten aan democratische standaarden voldoen, de doodstraf afschaffen, zich op mensenrechten richten, en dan kunnen we weer met een schone lei beginnen”, zei Stubb.

De EU-ministers schortten ook een reisverbod voor leden van de regering van Oezbekistan op. Dat verbod werd opgelegd nadat een opstand in het Centraal-Aziatische land in 2005 met harde hand was neergeslagen. Ook in Oezbekistan is volgens de EU op het gebied van de mensenrechten vooruitgang geboekt. Het wapenembargo tegen Oezbekistan werd daarentegen met een jaar verlengd. De ministers riepen Oezbekistan op tot afschaffing van de doodstraf, hervormingen van de strafrechtspleging, maatregelen tegen kinderarbeid en stopzetting van de intimidatie van mensenrechtenactivisten.

Vooral Duitsland wilde de sancties verlichten. Berlijn wil handel drijven met het gasrijke Oezbekistan en heeft bovendien een grote militaire basis in het land, ter ondersteuning van de Duitse militairen in Afghanistan. De Oezbeekse president Islam Karimov is al de „favoriete despoot” van Duitsland genoemd.