Alleen geloof en vertrouwen redden economie
Als er iets is dat op dit moment cruciaal is in de economie dan is dat geloof. Wat is geloof? De catechismus antwoord dan: een vast vertrouwen en een zeker weten. Dat vertrouwen ook in de economie belangrijk is, heeft de kredietcrisis ons wel weer geleerd.
Als je er even verder over nadenkt is het niet zo gemakkelijk precies te omschrijven wat vertrouwen is. Het is net als met Augustinus en de tijd. Hij dacht net als iedereen te weten wat dat is. Alleen toen hij erover na ging denken kon hij het niet meer onder woorden brengen.Wie weet niet wat vertrouwen is? We vertrouwen elke dag op allerlei mensen en patronen. Maar hoe omschrijf je het precies en wat betekent het voor de economie?
Mensen noemen onze economische orde soms het kapitalisme. Daarin klinkt dan mee dat het om een economie gaat waarin geld zo belangrijk is. Maar het échte kapitaal van de economie kon wel eens het vertrouwen zijn. Juist rond het geld en het financiële verkeer blijkt dit maar al te duidelijk.
Biljet
Vergelijk twee rechthoekige stukjes papier die ongeveer even groot zijn. Beide zijn wat blauwig. Op het ene staat vier keer het getal 20, een boogbrug, twee kerkramen en een onleesbare krabbel van een handtekening. Op het andere stuk papier dat uit een geïllustreerd tijdschrift is geknipt staan ook wat figuren en cijfers.
Met het ene kan je betalen en voor twintig euro aan goederen kopen. Het heeft waarde, omdat iedereen denkt dat het waarde heeft. Het andere papiertje is letterlijk en figuurlijk waarde-loos.
Waarom? Van het ene vertrouwen we dat de ander het accepteert en dat het een ruilwaarde heeft. Dat is wettig betaalmiddel. Het andere is nog niet waard dat je de open haard ermee aansteekt.
Wij ruilen niet meer in gouden munten, maar gerust ook in stukjes papier die op zichzelf geen intrinsieke waarde hebben. Ons geld is fiduciair geld: geld dat zijn waarde niet ontleent aan de materie waaruit het gemaakt is, maar aan het vertrouwen dat we er goederen en diensten mee kunnen kopen.
Run
Vertrouwen in het geld en in het goed functioneren van financiële instellingen is cruciaal. Als mensen gaan twijfelen aan hun bank en besluiten om daarom snel hun spaargeld op te nemen, krijg je een run op een bank.
Banken moeten het hebben van een redelijk evenwicht tussen mensen die iets komen halen en mensen die iets komen brengen. Als veel mensen tegelijkertijd geld terughalen dan gaat het ook mis. Zelfs de meest solide instellingen krijgen het dan moeilijk. Een bank kan proberen het geld dat ze zelf niet heeft te gaan lenen. Dat kan bij de centrale bank (de Nederlandsche Bank). Die leenfaciliteiten zijn in een aantal EU-landen nu versneld opgehoogd om ervoor te zorgen dat banken nooit nee hoeven te verkopen en er geen fatale selffulfilling prophecy gaat ontstaan. En bij Fortis heeft de overheid zelfs besloten om de hele tent over te nemen.
De bedragen die ineens in de economie worden gepompt liegen er niet om. Maar de beurzen reageren nog steeds wantrouwig. Het lijkt wel of naarmate er meer reddingsplannen en hogere spaargeldgaranties worden gegeven de twijfel toeneemt. „Is het dan zó erg?”
Complex
De Duitse socioloog Luhman heeft erop gewezen dat vertrouwen eigenlijk de enige manier is om om te gaan met de groeiende complexiteit van de maatschappij. Ook de complexiteit van de economie is enorm toegenomen. Wie vertrouwt, behoeft niet alles te weten en te doorzien van de ingewikkelde wereld; gij gelooft het zo ook wel. Maar als het vertrouwen zoekraakt, dan leidt juist die complexiteit en ondoorzichtigheid tot toenemende onzekerheid.
Gespreksstof
De regeringen proberen het vertrouwen te herstellen. Tot nu toe lijkt het nog niet echt te helpen. Toch is er voor overheden geen andere keus dan op te treden, ook al kost dat veel geld. Laat ze vooral doortastend handelen, want dat is de beste manier om het tij te keren.
Vertrouwen hoeft niet het voortdurend gespreksonderwerp te zijn in een vertrouwensrelatie. Maar als het pas gespreksstof wordt als het wordt geschonden is het vaak te laat. Dat geldt voor huwelijken en niet minder voor de economie. Aan vertrouwen moet worden gebouwd en het moet steeds weer worden bevestigd. Het is breekbaar.
Er is veel werk te doen. Want om het met een parafrase op een spreekwoord te zeggen: vertrouwen gaat te paard en komt te voet; het is zo verdwenen, maar lastiger terug te winnen. Naast het verlenen van ’noodhulp’, moeten er ook betere regels en normen voor het economische verkeer worden ontwikkeld en gehandhaafd. Dat had veel ellende kunnen voorkomen.
De auteur is universitair docent aan Wageningen Universiteit. Reageren aan scribent? goedbekeken@refdag.nl.