Dat door het knoeien met stroom de fatale brand is ontstaan en de eigenaar, de 53-jarige W. B., de dood van de brandweerlieden op zijn geweten heeft, is niet bewezen geacht.Vorige week dinsdag eiste de officier van justitie vijf jaar cel tegen B. De brand zou zijn ontstaan in de meterkast, waarin B. daags tevoren gemanipuleerde stoppen zou hebben gedraaid omdat de stroom steeds uitviel. Twee dagen voor de fatale brand sloegen de vlammen ook al uit de meterkast. Die brand werd bijtijds geblust.

Voor de rechtbank staat het wel vast dat B. de stoppen er heeft ingedraaid en dat hij daarmee voor een gevaarlijke situatie heeft gezorgd. Daar is hij voor veroordeeld. Maar in het oordeel van de rechters is niet met voldoende zekerheid vast te stellen dat er een relatie is tussen die handeling en het ontstaan van de brand.

Uit een contra-expertise blijkt namelijk dat het veel waarschijnlijker is dat de fatale brand is ontstaan in twee ongeschikte lasklemmen boven de meterkast. Die zijn aangebracht door de installateur, in de dag tussen de twee branden.

Het openbaar ministerie kan niet zeggen of de installateur nu wordt vervolgd. Het beraadt zich nog op hoger beroep in de zaak tegen B. en houdt hem zodoende formeel nog steeds verantwoordelijk voor de fatale brand.

De raadsman van B., N. Heidanus, beraadt zich ook op hoger beroep. B. ontkent namelijk de gemanipuleerde stoppen te hebben ingedraaid. Heidanus trok tijdens de zitting getuigenverklaringen hierover in twijfel en wees erop dat ook anderen toegang tot de druk bezochte loods en de meterkast hadden.