Onbekeerlijk
En indien hij vrucht zal voortbrengen, laat hem staan; maar indien niet, zo zult gij hem namaals uithouwen.”
Lukas 13:9„Zie, ik kom nu drie jaren, zoekende vrucht op deze vijgenboom en vind ze niet…” In deze drie jaren is God telkens te Jeruzalem gekomen door middel van Zijn knechten, de profeten, door Johannes de Doper, door Christus, door Zijn apostelen. Door hen heeft God vruchten gezocht op die vijgenboom en de mensen te Jeruzalem laten waarschuwen tot bekering. Getuigen zijn de vele strafpredikaties. Het was echter alles tevergeefs. Jeruzalems vijgenboom bleef onvruchtbaar, de Joden bleven even zorgeloos en onbekeerlijk. Zij spotten met de profeten Gods en doodden hen. En ten laatste, wanneer God Zijn eigen Zoon tot hen zou zenden, zo zouden zij ook Deze uitwerpen en Hem doden. Dat leerde de Heere hen uit deze gelijkenis en in de laatste verzen van dit hoofdstuk. „Jeruzalem, Jeruzalem, gij die de profeten doodt, en stenigt die tot u gezonden zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugelen vergadert, en gijlieden hebt niet gewild!” Dit, zegt Christus, was de oorzaak van Jeruzalems ondergang.
Niet minder krachtig is de tweede reden waarom Jeruzalems vijgenboom moest worden uitgehouwen. „Waartoe beslaat hij onnuttig de aarde?” Geen vruchten van bekering brengen ze voort. Zelf wilden zij door geloof en bekering niet ingaan in Gods Koninkrijk en zij, die ingingen, verhinderden zij. Dat verwijt hen Jezus. Daarom gaf de Zoon van God dit gebod tot uitroeiing van deze vijgenboom.
Johannes Barueth,
predikant te Dordrecht
(”De predikende en wonderdoende Christus”, 1754)