Kerk & religie

„Kleine groep draagt niet bij aan geloofsgroei”

Kleine groepen of miniwijken in de kerk dragen niet bij aan geloofsgroei maar bevorderen eerder interne secularisering. De gespreksonderwerpen gaan meestal over de dingen van alledag, met als gevolg dat de leer meer naar de achtergrond verdwijnt. Ook aan kerkgroei blijken kleine gemeenschappen nauwelijks bij te dragen. Ze leiden eerder tot verdere versplintering.

J. M. Stolk
12 September 2008 08:25Gewijzigd op 14 November 2020 06:21
ZWOLLE - Kleine groepen of miniwijken in de kerk dragen niet bij aan geloofsgroei maar bevorderen eerder interne secularisering. De gespreksonderwerpen gaan meestal over de dingen van alledag, met als gevolg dat de leer meer naar de achtergrond verdwijnt.
ZWOLLE - Kleine groepen of miniwijken in de kerk dragen niet bij aan geloofsgroei maar bevorderen eerder interne secularisering. De gespreksonderwerpen gaan meestal over de dingen van alledag, met als gevolg dat de leer meer naar de achtergrond verdwijnt.

Tot die conclusies komt Jaap Modderman in zijn studie ”Kerk (in) delen. Van leergemeenschap naar ontmoetingsgemeenschap”, waarop hij vrijdagmorgen in Utrecht promoveerde. Modderman (1952), directeur van de pabo-opleiding van de Gereformeerde Hogeschool in Zwolle, onderzocht het functioneren van kleine groepen in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV).Modderman, zelf lid van een vrijgemaakte kerk, constateert dat het werken in kleinere eenheden in korte tijd gemeengoed is geworden in zijn kerkverband. Het doel van deze huiskringen -die doorgaans uit twaalf tot vijftien leden bestaan- is groei in gemeenschap, met God, met elkaar en met de samenleving. Dat gebeurt door bidden, zingen, Bijbellezen en persoonlijke gesprekken die midden in de werkelijkheid van het leven staan. En natuurlijk door samen te eten en te drinken en gezellige dingen te doen.

De praktijk is meestal anders, ontdekte Modderman. „In mijn gemeente draaien sinds zeven jaar kleine groepen, zogenaamde miniwijken. Maar in plaats van een geloofsgesprek wordt er uitgebreid gebabbeld over de nieuwe auto, de vakantie of de kinderen. Er bleek zelfs weerstand tegen Bijbelstudie te bestaan. Volgens sommigen is de miniwijk vooral bedoeld voor gezelligheid. Het geloofsaspect is vooral bedoeld voor de zondag en de vereniging.”

De reden waarom zijn kerkenraad voor miniwijken koos, was het gebrek aan ambtsdragers. „Door het pastoraat deels terug te leggen in de gemeente verwacht men dit probleem te kunnen oplossen. Ter rechtvaardiging wees de kerkenraad op het priesterschap van alle gelovigen. Ook beriep men zich op de vroegchristelijke kerk en de Nadere Reformatie, toen men bij elkaar aan huis kwam om geloofservaringen te delen. Maar het is de vraag of deze argumentatie klopt. In de conventikels ging het om de bevordering van de persoonlijke vroomheid en de beleving van het geloof, terwijl in de huidige kleine groepen vaak elke religieuze notie ontbreekt.”

Beleving

De opkomst van de kleine groep ziet Modderman als een gevolg van algemene ontwikkelingen in de cultuur. Het individu met zijn noden komt steeds meer centraal te staan en de binding tussen mensen wordt steeds losser. Binnen de GKV raakten vanaf de jaren tachtig leerstellige onderwerpen als doop, verbond en de positie van meerdere vergaderingen op de achtergrond. De kerk stelde zich meer open voor de cultuur en de geloofsbeleving van het individu. Dat kwam onder meer tot uitdrukking in een liturgie met veel meer variatie, maar ook in het toelaten van een groot aantal liederen met een sterk accent op de beleving van het geloof.

Modderman deed ook empirisch onderzoek naar kleine groepen in de GKV. Daaruit bleek onder meer dat kleine groepen tot gevolg hebben dat velen die de vereniging nog bezochten, dat nu niet meer doen. Ze dachten dat de miniwijk de taak van de vereniging zou overnemen.

De grote doorbraak van de kleine groep in de GKV kwam volgens Modderman na het bezoek van enkele predikanten aan de Verenigde Staten. Daar maakten ze kennis met de werkwijze van kerken als Redeemer en Willow Creek. Op een kerkenradendag in 2001 werden de positieve ervaringen van deze predikanten gedeeld. Het Steunpunt Gemeenteopbouw bepleit sindsdien het werken met kleine eenheden.

De populariteit van kleine groepen, aldus Modderman, is ook te danken aan de gedachte dat deze kunnen bijdragen aan getalsmatige groei van de kerk. „En groei wordt binnen de GKV verbonden met de missionaire taak van de kerk. Maar het is nogal optimistisch te verwachten dat wat in de grotere wijken niet lukte, in de kleine opeens wel zal lukken. Wanneer in grotere verbanden mensen geen missionaire activiteiten ontplooien of hun gaven inzetten, zullen ze dat in kleinere eenheden niet opeens wel doen.”

Kerkenraden kiezen er echter te snel voor om de gemeente in miniwijken of kleine groepen in te delen, vindt hij. „Veel kerken voeren een incidentenpolitiek. Dit is de cultuur, zo is de gedachte, dus laten we ook maar kleine groepen invoeren. Kerkenraden gaan dan echter voorbij aan de vraag of een andere structuur wel bij de gemeente past. Vaak gaat de invoering van kleine groepen ten koste van de bestaande verenigingen.”

Vereniging

Verder blijkt dat in kleine groepen Bijbelstudie geen rol van betekenis speelt. „In die zin vervangen ze dus de verenigingen niet. Een ander gevolg van kleine groepen is dat de huisbezoeken sterk zijn afgenomen. Werd de invoering van de kleine groep gezien als een verrijking van het gemeentelijke leven, in termen van geloofsgroei moet eerder worden geconcludeerd dat verarming is opgetreden.”

Door de invoering van de kleine groepen ontwikkelt de kerk zich langzaamaan van een leergemeenschap naar een ontmoetingsgemeenschap, aldus Modderman. „Niet het geloof bewerkt de gemeenschap maar de gemeenschap het geloof. De zondagse bijeenkomst dient dan aan te sluiten bij het persoonlijke en het ontspannende van de kleine groepen.”

In zijn proefschrift geeft hij een voorbeeld uit zijn eigen gemeente. „Een recent gegroeide gewoonte is bijvoorbeeld het doen van de afkondiging dat er na de dienst nazorg beschikbaar is. Mensen moeten na het beluisteren van de preek geholpen worden het gebodene een goede plaats te geven. Ook hier lijken de noden van het subject bepalend te zijn.”

Kleine groepen kunnen volgens hem zelfs leiden tot „interne secularisatie”. Modderman: „Als een kleine groep het accent legt op ontmoeting en het delen van allerlei ervaringen, dan voedt het de gedachte: „Het gaat om mij.” God en geloof raken dan op de achtergrond. Laat ik duidelijk zijn, dit geldt niet voor alle kleine groepen. Er zijn er waar heel goede geloofsgesprekken worden gevoerd. Maar er zijn er ook die blijven steken in het doen van leuke dingen om elkaar beter te leren kennen. Die komen niet verder dan fietsen, barbecueën of naar de speeltuin gaan.”

Kerk-zijn

Ook andere gereformeerde kerkgenootschappen kennen kleine groepen, cellen of miniwijken. Gemeenten in de Protestantse Kerk in Nederland werken er al sinds de jaren zeventig mee en ook in de Christelijke Gereformeerde Kerken komen steeds meer kleine groepen. „Het zou interessant zijn de kleine groepen in de verschillende kerkgenootschappen eens met elkaar te vergelijken. In de Christelijke Gereformeerde Kerken hoor ik dezelfde dingen als in de vrijgemaakte kerken, maar ik heb het gevoel dat ze er minder behoefte aan hebben met het verleden af te rekenen. Ook proef ik op plaatselijk niveau minder onzekerheid over de eigen identiteit. Er heerst een andere opvatting over de verhouding tussen ratio en gevoel.”

Kerkenraden die overwegen kleine groepen of miniwijken in te voeren, adviseert hij eerst goed te kijken naar het eigene van de gemeente en naar de sociale contacten die er al zijn. „Praat er met de gemeenteleden over hoe ze kerk willen zijn. Leg een besluit niet van bovenaf op, dat roept alleen maar weerstand op. En om te voorkomen dat de miniwijk een gezelligheidsgroep wordt, moet de zondagse preek daar op de een of andere manier terugkomen. Leg een verbinding tussen het Woord van God en wat er in de groep gebeurt.”


„Verwatering GKV neemt toe”
De Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV) vertonen steeds meert trekken van een modaliteitenkerk. Het accent op relaties en persoonlijk welbevinden heeft tot gevolg dat de leer uit het centrum verdwijnt, constateert Jaap Modderman in zijn vandaag verschenen studie ”Kerk (in) delen”. „In dat opzicht kunnen we spreken van verwatering, maar ook van een toenemende lichtheid.”

Op de laatste bladzijden van zijn proefschrift pleit Modderman, directeur van de pabo opleiding van de Gereformeerde Hogeschool in Zwolle, voor een „brede gedachtewisseling” over de bandbreedte van het belijden in de GKV en de concrete vormgeving daarvan. Nodig is volgens hem een kerkstructuur die recht doet aan belijdenis en traditie en bijdraagt aan eenheid in plaats van bevordering van verschillen.

Dat is geen gemakkelijke opdracht, erkent Modderman. Hij heeft de antwoorden ook niet paraat. „Maar wanneer we het gesprek niet aangaan, komen deze antwoorden ook niet. De genoemde (en door sommigen gewenste) vloeibaarheid van de kerk roept associaties op met het begrip verwatering. In dat opzicht kunnen we spreken van verwatering, maar ook van een toenemende lichtheid als kenmerk van de vrijgemaakte kerk.”

Hij roept de plaatselijke kerken op het gesprek aan te gaan over „waar we nu eigenlijk voor willen staan. Wat betekent bijvoorbeeld het verbond vandaag? En hoe denken we over doop, echtscheiding, seksualiteit en Bijbelgebruik in relatie tot de moderne cultuur? Discussie over onze grondwaarden is nodig om te bepalen hoe we nú kerk willen zijn.”

Modderman: „Ik heb mijn proefschrift geschreven met een gevoel van verlies. De snelgroeiende diversiteit vervult me met diepe zorg.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer