Doden bij aanslagen in Pakistan
Bij een bomaanslag op een bus met politiemensen en overheidsmedewerkers in de buurt van de stad Bannu in Pakistan zijn donderdag acht mensen omgekomen.
Gevechten in het noordwesten van het land hebben 25 mensen het leven gekost. Dat hebben de politie en het leger bekendgemaakt.Een bom, die in een geparkeerde auto verstopt zat, sloeg een grote krater in een lange brug bij Bannu. De kracht van de explosie sloeg een passerende bus, die op weg was naar de plaatselijke gevangenis, over de rand van de brug, waar hij 10 meter lager in een droge rivierbedding belandde. Zeven politiemensen en een onderwijsfunctionaris kwamen hierbij om, twaalf anderen raakten gewond. Waarschijnlijk zaten militante strijders achter de aanslag.
Bij gevechten met opstandelingen in de Swatvallei in het noordwesten heeft het leger woensdag 23 militanten gedood. Helikopters schoten op twee voertuigen waar militanten inzaten en op een vermeende schuilplaats. Grondtroepen vonden later de lichamen van 23 opstandelingen, naast een grote hoeveelheid wapens en munitie. Ook schoten soldaten een zelfmoordterrorist dood vlak voordat hij hen met zijn motor bereikte. Bij een stammenraad in Bajur werd eveneens vlak voordat hij kon toeslaan een zelfmoordterrorist gedood, ditmaal door bewakers van de raad.
De onrust in vooral het noordwesten van Pakistan is sterk toegenomen sinds president Pervez Musharraf op 18 augustus vrijwillig uit zijn functie stapte. De coalitiepartijen in de regering die zijn aftreden bewerkstelligden, liggen sindsdien overhoop met elkaar. De grootste partij wil, met het oog op Amerikaanse steun, de militante extremisten in het noordwesten hard aanpakken, de coalitiegenoot is daar tegen.