Veel mensen haken af bij reïntegratie
Ongeveer eenvijfde van de 68.000 arbeidsongeschikten en werklozen die zijn begonnen aan een reïntegratietraject is weer aan het werk. Een even groot deel blijkt halverwege het traject te zijn afgehaakt zonder resultaat.
Het UWV, de organisatie die de verstrekking van WAO- en WW-uitkeringen regelt, noemde deze eerste resultaten van reïntegratieprojecten (begonnen tussen 1 januari 2001 en 1 april 2002) donderdag positief. Ondanks de economische problemen slagen reïntegratiebedrijven erin mensen weer aan het werk te helpen, concludeert het UWV.
FNV Bondgenoten reageert minder positief op de resultaten. Volgens de vakbond pikken de particuliere bedrijven de werklozen en arbeidsongeschikten eruit die gemakkelijk zijn te bemiddelen. „Straks zal blijken dat het steeds moeilijker wordt”, aldus een woordvoerster van de bond.
Maar volgens het UWV worden de doelstellingen gehaald om ten minste 23.000 arbeidsongeschikten en werklozen, die in 2001 zijn begonnen met reïntegratie, aan het werk te krijgen. Reïntegratietrajecten duren gemiddeld anderhalf jaar.
Uitgangspunt is volgens het UWV dat uitkeringsgerechtigden in eerste instantie zelf hun weg terug weten te vinden naar de arbeidsmarkt. Degenen die dat niet lukt, biedt UWV een reïntegratietraject aan. Ruim 4000 mensen hebben tussen 1 januari 2001 en 1 april dit jaar geen hulp nodig gehad bij het vinden van een baan.
Voor 2001 heeft UWV met dertig bedrijven een contract gesloten om arbeidsongeschikten en werklozen weer aan het werk te helpen. Op basis van deze contracten werden bijna 80.000 mensen voor een reïntegratietraject aangemeld. Daarvan zijn ruim 12.000 niet in bemiddeling genomen. Eenderde van deze arbeidsongeschikten en werklozen is uit eigen beweging weer aan het werk gegaan. Het UWV concludeert daaruit dat het aanbieden van een reïntegratietraject blijkbaar stimulerend werkt.
De resultaten van de dertig bedrijven verschillen onderling sterk. Maar het UWV verbindt daar vooralsnog geen conclusies aan, omdat nog niet alle trajecten zijn afgerond. Ook richten sommige bedrijven zich alleen op moeilijk bemiddelbare mensen, zoals jong- en visueel gehandicapten.
Volgens Borea, de brancheorganisatie van reïntegratiebedrijven, is het UWV bezig af te breken wat nu goed loopt. Het UWV wil vanaf 2003 het zogenoemde no cure no pay-principe hanteren. Dan krijgen bedrijven alleen een vergoeding als een door hun begeleide cliënt weer een baan vindt.
„Vooral moeilijk plaatsbare cliënten worden daarvan de dupe en reïntegratie wordt duurder”, denkt Borea. „Bedrijven moeten zich dan namelijk indekken tegen de financiële risico’s van trajecten die geen resultaat boeken.”
