Caribische eilanden lonken naar Canada
Een paar eilanden in het Caraïbisch gebied zoeken aansluiting bij het duizenden kilometers verderop gelegen Canada. „We krijgen hoofdpijn van het tekort aan personeel.”
De Turks- en Caicoseilanden zijn misschien als land bekend bij postzegelverzamelaars, voor de meeste anderen gaat het echter over nooit-van-gehoord-eilanden. Toch staan ze keurig op kaarten in zelfs de allerkleinste zakagenda’s: een streep mini-eilandjes vlak boven Cuba en de Dominicaanse Republiek. Het zijn zuidelijke uitlopers van de Bahama’s.Al in 1492, op zijn eerste reis, doet de Spaanse ontdekker Columbus de eilanden aan. Daarna volgt Ponce de Léon, de Spanjaard die bekend wordt als de veroveraar van Florida. De Spanjaarden treffen er een handvol Caribindianen aan. Fransen wippen wel eens over vanuit hun nabijgelegen kolonie Haïti en in latere eeuwen maken piraten er vanuit hun schuilplaatsen de kusten onveilig. Spaarzame Europese kolonisten verdienen er vervolgens onder barre omstandigheden de kost met het winnen van zout. Soms pakken pioniers er de landbouw op, zoals de teelt van katoen. Omdat indianen niet bestand blijken tegen zware arbeid op plantages, voeren Britse kolonisten negerslaven in uit Afrika. Door het grillige klimaat, gekenmerkt door hitte en droogte, vervliegt steeds alle hoop op winst. Op den duur dutten de eilanden in.
Christelijk
Daarbij duurde het nooit lang voor er weer een verwoestende orkaan over het gebied trok en desolate, kaalgeschoren koraaleilanden achterliet. Providenciales, met pakweg 20.000 inwoners het dichtstbevolkte eiland van de pakweg veertig in dit eilandenrijk, heeft dan ook geen historische charme. Tref je elders in de regio karakteristieke dorpjes met oude kerkjes en kneuterige straatjes, suikermolens of plantagewoningen, hier is alles hooguit enkele tientallen jaren oud.
De Britten blijven uiteindelijk het langst op de eilanden. Ze besturen de eilanden lange tijd samen met Jamaica. Als deze veel grotere kolonie in 1962 onafhankelijk wordt van Engeland, verkiezen de in overgrote meerderheid christelijke bewoners van de Turks- en Caicoseilanden om als Britse kroonkolonie los van Jamaica door te gaan.
Pas in 1966 rijdt er voor het eerst een auto, uiteraard op de linkerweghelft. Ook de kerkenbouw herinnert aan de Britse overheersing. Dankzij de nabijheid van de VS zijn er behalve anglicanen ook vele andere religieuze groeperingen: methodisten, jehova’s, baptisten, pinkstergroepen, zevendedagsadventisten en veel losse groepen.
Blauwe zee
Gerald Christ is Oostenrijker van geboorte, maar al jaren hotelmanager in dit deel van de wereld. Hij volgt de lokale ontwikkelingen, die hij omschrijft als revolutionair, op de voet. „De regerende Progressive National Party (PNP) van de Turks- en Caicoseilanden besloot vier jaar geleden de slaperige eilanden op te stoten in de vaart der volkeren. Werden buitenlandse investeerders eerst zo veel mogelijk buiten de deur gehouden, sinds de drastische beleidswijziging krijgt het toerisme hier ruim baan.”
Het land gaat vooral in de VS en Canada de boer op. Het land probeert ook Europese toeristen te lokken met zijn fraaie stranden, de opvallend blauwe zee, de onderwaterwereld van het rif en de rust in de resorts. Christ: „Investeerders staan in de rij. In de glossy magazines die aankomende gasten op het vliegveld in handen gedrukt krijgen, verdringen makelaars, projectontwikkelaars en banken zich om de gunsten van de particuliere belegger. Appartementen worden aangeboden in prijsklassen tot wel 12 miljoen US dollar.”
„De overheid heeft de regie stevig in handen”, zo prijst de hotelmanager het huidige kabinet. „Overal werkt men aan een goede infrastructuur en in Providenciales is zelfs een heuse vierbaansweg om het verkeer naar de pas uit de grond gestampte winkelcentra vlot af te wikkelen. De bevolking beloonde de zittende regering afgelopen jaar met een spectaculaire verkiezingsoverwinning.”
Ook de kleine internationale luchthaven op het hoofdeiland is goed georganiseerd. De toenemende stroom passagiers wordt efficiënt afgehandeld. Amerikaanse en Canadese charters vliegen in het weekend af en aan. American Airlines en Delta hebben dagelijkse lijnvluchten van en naar New York, Miami en Atlanta. Europese toeristen kunnen een paar keer per week met British Airways vanuit Londen vliegen.
Nederlanders
De oorspronkelijke inwoners van de Turks- en Caicoseilanden, vrijwel allemaal zwarte afstammelingen van slaven, hebben allang een baan gevonden. De meesten kozen voor zekerheid als ambtenaar. Het toenemende particuliere bedrijfsleven moet nu mensen van elders halen. Het personeel van het prestigieuze Beaches Resort van Gerald Christ komt voor ongeveer de helft uit het buitenland. Dat zijn vooral mensen uit de Filipijnen, Jamaica en de Dominicaanse Republiek, maar ook uit de VS, Australië, China, Roemenie en Italië.
Christ steekt zijn vinger in de lucht en lacht: „Let op, er lopen hier sinds een paar jaar zelfs Nederlandse stagiaires van de opleiding International Facility Management van de Hanzehogeschool Groningen. Zij werken mee met ons speciale trainingsprogramma. Elk personeelslid moet verplicht 120 uur per jaar deelnemen aan een training, uiteraard tijdens betaalde uren. Wie niet meedoet komt niet in aanmerking voor de bonus. Met die training kweek ik mijn eigen kader.”
„Al met al doen we vreselijk veel om het personeel in huis te houden! Elke maand trakteren we al het personeel op een barbecue met muziek en vermaak. Regelmatig is er ook iets te doen voor hun kinderen. Op feestdagen bedient het management in het personeelsrestaurant.”
Canadese vrijage
De toeristische sector moet wat personeel betreft concurreren met de visserij, de bouw en de financiële sector. Op de eilanden beheren banken vermogens van buitenlandse bedrijven en particulieren, gelokt door het gunstige belastingklimaat. Daarnaast verdienen veel eilandbewoners hun geld in de visserij. Christ: „Beroemd is de ”conch”, een smakelijk schelpdier dat volgens verhalen goed is voor mannen. Een overigens in Europa beschermd dier, zelfs met de lege schelp kom je op Schiphol niet langs de douane.”
Heel opmerkelijk is de band tussen de Turks- en Caicoseilanden en Canada. Al in 1917 stelde de Canadese minister-president het eilandenrijk voor zich bij Canada aan te sluiten. Daar stak destijds zijn Britse collega een stokje voor. In 1974 haalde een nieuw Canadees wetsvoorstel om de eilanden bij Canada te voegen onvoldoende stemmen in het Huis van Afgevaardigden. In 1982 kwamen de avances van de andere kant: rond de 30.000 eilandbewoners zochten toenadering. Toen had Canada echter zijn hoofd even bij andere zaken.
In 2004 werd de mogelijke eenwording tussen Canada en de Caraïbische eilanden nieuw leven ingeblazen. Toen nam de wetgevende vergadering van de Canadese provincie Nova Scotia een motie aan die uitsprak dat bij een vereniging van beide landen de Turks- en Caicoseilanden bij Nova Scotia gevoegd moeten worden. Hotelmanager Christ doet een schot voor open doel: „Die eenwording zou goed nieuws zijn voor de vele zonminnende bewoners van het ’s winters zo koude Canada.”