DODEN: zestien Nederlandse militairen stierven sinds tussen juli 2006 en april 2008 in Afghanistan, van wie twaalf in Uruzgan. Vijf van hen stierven door een bermbom, vier tijdens gevechtshandelingen, drie door een ongeluk, twee door een zelfmoordaanslag, een F–16–piloot stortte om onbekende reden neer en een sergeant pleegde zelfmoord op Kamp Holland.GEWONDEN: minder dan honderd Nederlandse militairen raakten gewond, aldus Defensie, die geen nadere informatie geeft over de aard daarvan. Niet alle gewonden hoefden naar Nederland terug. Bekend is wel dat 22 militairen zo ernstig gewond raakten dat zij moesten revalideren in het Militair Revalidatie Centrum in Doorn.

KOSTEN: de eerste twee jaar van de missie in Uruzgan kostte Nederland circa 650 miljoen euro, terwijl aanvankelijk 380 miljoen was geraamd. Het grootste deel daarvan betreft militaire kosten maar ook gaan via het ministerie van Buitenlandse Zaken jaarlijks tientallen miljoenen euro’s naar wederopbouw en humanitaire hulp. De kosten voor de verlengde uitzending tot eind 2010 zijn geraamd op 640 miljoen euro.

WEDEROPBOUW: Nederland geeft zowel geld voor heel Afghanistan als specifiek aan Uruzgan. Het gaat om projecten voor onderwijs, zorg, bestuur en politie, infrastructuur, platteland, microkredieten en noodhulp zoals voedsel, water en onderkomens. Omdat het vaak langlopende projecten zijn, is het lastig bedragen te melden. In 2008 gaat het om pakweg bijna 130 miljoen euro voor Afghanistan, waarvan 62 miljoen bestemd is voor Uruzgan. Hierbij gaat het om projecten die nu in uitvoering zijn.

ISAF: aan de stabilisatiemacht in Afghanistan doen 26 NAVO–landen mee en veertien niet–NAVO–leden. De missie gebeurt onder VN–mandaat en op verzoek van de Afghaanse regering.