Pakistan kent geen geloofsvervolging
Terugkeer van Pakistaanse christenen naar het thuisland is levensgevaarlijk, zegt Watson Gill van het Pakistan Christian Congress (RD, 18 oktober). Volgens Dick Kleinhesselink
geeft dit alarmerende bericht geen pas. Het is niet goed om te suggereren dat het in Pakistan om ”geloofsvervolging” zou gaan, schrijft hij, het gaat om terreuraanslagen die de overheid afkeurt. Wat wij begrijpen van enkele reacties van onze contacten in Pakistan is dat zij geen van allen daar een PCC-partij kennen. Die Pakistan Christian Congress (PCC) is kennelijk het geluid van een enkeling -een vriend van Watson- die in de VS woont, zegt men. Overigens heeft die vriend wel een scherpe pen. Hij noemt zeer terecht de situatie van christenen in Pakistan belabberd.
Als het RD het geluid wil laten horen van Pakistanen in Nederland, valt te wijzen op een kerk in Rotterdam met voornamelijk Pakistaanse christenen. Wellicht is het goed daar ook het oor te luisteren te leggen.
Natuurlijk is het logisch dat Gill voor zijn eigen zaak pleit, daar zit een stuk betrokken emotie bij. Gill is immers een (religieuze) vluchteling en hij zal er ter wille van de angst voor gedwongen terugkeer van andere asielzoekers alles aan willen doen om de situatie in zijn land zo donker mogelijk af te schilderen. Maar daarmee is het oncontroleerbare geweld van aanslagen nog niet gestopt. De Pakistaanse overheid is helaas niet in staat om overal de orde te handhaven. Dat er nu sluipschutters en bendes rondgaan die het op westerlingen hebben gemunt, en ook op de aanwezigheid van christenen, is natuurlijk erg. En angstaanjagend, want wie kan er in Pakistan nog de veiligheid van mensen garanderen?
Christenen hebben het in Pakistan niet gemakkelijk. Maar daarmee is nog niet gezegd dat elke Pakistaanse christen die in Karachi aankomt, reeds op de vliegtuigtrap wordt neergeschoten. De huidige aanslagen zijn een uiting van oncontroleerbare terreur, in de eerste plaats gericht tegen Amerikaanse aanvallen op moslimbroeders. Deze terreur keert zich ook tegen christenen in Pakistan. Het is echter niet goed te suggereren dat het in dit land om ”geloofsvervolging” zou gaan. Evenmin geeft het pas te schrijven dat terugkeer naar Pakistan levensgevaarlijk is. Er zijn westerse werkers teruggekeerd naar Pakistan, en als ik nu op dienstreis zou moeten, zou ik dat ook ’gewoon’ doen.
Maar zorgwekkend is de situatie wel. Recent publiceerde Centraal Weekblad een artikel over de recente verkiezingen in Pakistan en de groeiende invloed van religieuze moslimpartijen. Voorbeden en protesten bij de Nederlandse overheid en bij de Pakistaanse regering zullen nodig zijn en blijven, dat staat buiten kijf. Ook moet aan godsdienstvrijheid en andere mensenrechten worden gewerkt. Het zou goed zijn als elke Nederlander en elke hier wonende/verblijvende Pakistaan de handen ineenslaan.
Er zijn plannen voor het organiseren van een ”pastoral visit” aan de kerken in Pakistan. De Wereldraad van Kerken heeft de voorbereidingen bijna afgerond. Hopelijk zal het bezoek in november plaatsvinden.
De auteur is projectmedewerker Azië en Pacific voor Kerkinactie.