De jongens gaven tegenover de politierechter in Dordrecht toe dat ze de sloopcaravan vooraf hadden gevuld met autobanden en hout. Nadat ze een jerrycan met benzine hadden leeggegoten, gooiden ze zwaar vuurwerk onder de caravan.De explosie die volgde was in het hele dorp te horen. De jongens werden door de luchtdruk omver geblazen. In omliggende woningen viel stucwerk van het plafond en vielen boeken uit de kast.

De politierechter vond echter dat er te weinig bewijs was. Ze stelde dat de brandweer een onderzoek had moeten instellen naar de oorzaak van de ontploffing. „Die is voor mij niet duidelijk. Er kan wel sprake zijn geweest van gasvorming in de caravan”, aldus de rechter. Ze voegde eraan toe dat de jongens volgens haar niet de opzet hadden zo’n enorme ravage te veroorzaken.

Het plan om bij het winkelcentrum in Goudswaard een vreugdevuur in een caravan te ontsteken was bij de jongens ontstaan nadat de gemeente had besloten het jaarlijkse, door de gemeente georganiseerde ritueel te verplaatsen van het winkelcentrum naar het dorpshuis. De jongelui besloten zelf hun vreugdevuur te bouwen op de oude locatie.

De officier van justitie had tegen de zes verdachten 200 uur werkstraf geëist. Ze vroeg ook een uitgaansverbod tijdens de komende jaarwisseling.

De jongens beloofden nooit meer zoiets te zullen doen. Daarop werden ze tot hun verbazing vrijgesproken wegens gebrek aan technisch bewijs. Ook een door de gemeente ingediende schadeclaim van 3200 euro voor schade aan het wegdek en voor opruimwerk werd afgewezen. Het is nog niet bekend of het openbaar ministerie in hoger beroep gaat.

Een zevende verdachte kreeg tachtig uur werkstraf opgelegd omdat hij vuurwerk had gegooid naar brandweermannen. Een rotje ontplofte vlak bij het gezicht van een brandweerman, die overigens niet gewond raakte. „Ik kreeg een brandend rotje in mijn handen gedrukt en heb dat snel over mijn schouder weggegooid”, verklaarde de jongen.