Financieel directeur Don Leclair ontkent acuut gevaar. „Ford heeft 26 miljard dollar beschikbaar in cash en heeft daar bovenop nog eens de beschikking over een kredietlijn van 12 miljard dollar. Voldoende om de storm te weerstaan, ook al ben ik van mening dat wij pas in de loop van 2010 uit de rode cijfers komen”, aldus Leclair.De hoge benzineprijzen doen Ford net als de andere Amerikaanse producenten General Motors en Chrysler de das om. Deze bedrijven concentreerden zich de afgelopen jaren op de succesvolle markt voor luxe terreinwagens (SUV’s oftewel Sport Utility Vehicles) en lichte (halfopen) trucks. Zeer populair bij het Amerikaanse publiek, maar energieverslinders.

Nu de benzineprijzen in de VS dramatisch stijgen (zij het dat ze nog lang geen Europees niveau bereikt hebben), is de verkoop van dit soort voertuigen sterk teruggelopen. „De consument wil zuiniger auto’s. De Amerikaanse producenten hebben zich daar tot nu toe sterk tegen verzet. De markt moest maar beslissen. Wel, dat proces is nu in volle gang en men was daar duidelijk niet op voorbereid”, aldus Efraim Levy, marktanalist van het financiële instituut Standard & Poor’s.

Fordchef Alan Mulally heeft intussen drastische beslissingen genomen. Een aantal Noord-Amerikaanse vestigingen (in de VS en Mexico) staakt de productie van SUV’s en lichte trucks en wordt omgebouwd voor de productie van modellen waarmee Ford in Europa goed scoort. Het gaat hierbij om modellen zoals de Fiesta, de Focus en mogelijk ook de Mondeo. Misschien wordt in de overgangstijd een deel van deze modellen uit Europa geïmporteerd.

„De Europeanen willen kleine, compacte en zuinige auto’s die voorzien zijn van tal van technische plus comfortabele extra’s. Wel, dat is volgens ons precies het soort auto dat het hier op de Amerikaanse markt ook goed zou doen”, aldus Mulally donderdag. Op de vraag waarom Ford hiertoe niet eerder besloot wilde Mulally niet ingaan. Hij werd twee jaar geleden door Ford aangetrokken en was donderdag duidelijk niet van plan om z’n voorgangers af te vallen.