Politieke druk
Een groot deel van de wereld verkeerde dinsdag in een juichstemming, na de bekendmaking van de arrestatie van de Bosnisch-Servische oud-president Radovan Karadzic. De Servische regering kreeg alle mogelijke lof voor deze opzienbarende daad toegezwaaid. De Europese Commissie stelde Belgrado zelfs alvast de handelsvoordelen in het vooruitzicht die horen bij een toekomstige status van kandidaat-lid. EU-buitenlandcoördinator Solana verwacht dat het Joegoslaviëtribunaal spoedig zal verklaren dat Servië volledig met het VN-hof meewerkt, een voorwaarde voor verdere toenadering tot de Europese Unie.
Europa had ook direct een verklaring paraat voor de onverwachte arrestatie van Karadzic. Politieke druk heeft uiteindelijk toch effect, zo klonk het in Brussel en andere Europese hoofdsteden. Ook Nederland kreeg van diverse zijden een pluim. De onverzettelijke houding van minister Verhagen in de besprekingen over de relatie tussen de Europese Unie en Servië heeft er mede toe geleid dat de kersverse regering in Belgrado voor de internationale pressie is gezwicht.Het mag duidelijk zijn dat het oppakken van oorlogsmisdadiger Karadzic valt toe te juichen. Maar de stelling dat Europese politieke druk deze opmerkelijke Servische ommezwaai heeft bewerkstelligd is toch wel wat al te aanmatigend. Dat is een enorm brevet van onvermogen voor de vele pogingen van de Europese Unie in de afgelopen dertien jaar om Belgrado op andere gedachten te brengen. Voor de talloze vergeefse bezoeken die de vorige aanklager van het Joegoslaviëtribunaal, Carla Del Ponte, aan de Balkan heeft gebracht. En niet het minst voor de niet-aflatende zoektocht door Euformilitairen naar Karadzic.
Tussen alle loftuitingen viel echter geen woord van verwijt richting Belgrado te beluisteren. En dat terwijl de Servische onderzoeksrechter heel kort na de arrestatie van Karadzic reeds wist te melden dat de verdachte al jaren in de hoofdstad werkzaam was. Dat doet op z’n minst vermoeden dat de autoriteiten al die tijd wisten waar de voormalige president van de Bosnische Serviërs zich bevond.
Dat vermoeden werd vanmorgen nog versterkt door de Servische onthulling dat Karadzic al die jaren door de geheime dienst werd beschermd. Dat de nieuwe, meer prowesterse regering die onlangs is aangetreden blijkbaar het veiligheidsestablishment achter de schermen voor het blok heeft gesteld, verdient een compliment. Maar dat neemt niet weg dat Servië het Westen jarenlang om de tuin heeft geleid.
Dat de Servische regering deze stap heeft genomen, is ook weer niet zo verwonderlijk. Servië is de afgelopen jaren tot de zieke man van Europa verworden. Dat ziekteproces begon al met het uiteenvallen van het voormalig Joegoslavië en kende een dramatisch dieptepunt tijdens de burgeroorlog in 1992-1995 en de gewapende strijd rond de afvallige provincie Kosovo.
Door die oorlogen is Servië verarmd. Werkloosheid, corruptie en georganiseerde criminaliteit rijzen de pan uit. De bevolking wil daar snel verandering in zien. EU-lidmaatschap biedt daarvoor de beste garantie. Over politieke druk gesproken. Die komt toch vooral vanuit Servië zelf.